Even kaas halen

Hond Tommy als vredesengel

Sociaalgetinte kasteelroman.

Zes jaar geleden was een conflict aanleiding tot de breuk tussen moeder Anne (71) en dochter Emma (40). Het gevolg van die breuk was dat Anne ook haar kleinkinderen Femke en Stan, toentertijd drie jaar en een baby, niet meer zag. Oma en moeder finito, hoofdstuk afgesloten. Anne maakt een lange reis en vestigt zich in een kustplaats. Ook Emma’s gezin verhuist. Maar zó afgesloten is het niet. Het conflict is nooit uitgelegd en afgesloten en dat suddert na. Als Femke in het park een mevrouw helpt om haar hondje Tommy te zoeken vindt ze kort daarna thuis een foto van een mevrouw die op haar lijkt. Een en een is twee en wat de som wordt krijgt nadere uitleg. Eind goed al goed.

Naar schatting hebben 20.000 grootouders geen contact met hun kleinkinderen meer, aldus Els de Groen in een bijwoord bij het boek. Zij is één van hen. Volgens De Groen kampen veel van die grootouders met schaamtegevoelens: Grootouderschap is immers een bron van geluk, als het juist tot verdriet leidt, zwijg je daar liever over. Met dit boek wil De Groen het taboe doorbreken en het onderwerp bespreekbaar maken. Het verhaal gaat niet over wie goed is of fout, maar over het verdriet dat mensen elkaar in hun onmacht aandoen.

Auteur

Els de Groen – Kouwenhoven (1949) is schrijfster, dichter en journalist. Ze was van 2004 tot 2009 lid van het Europees Parlement, waar ze deel uitmaakte van de fractie van De Groenen / Vrije Europese Alliantie. Na haar studie Frans werkte ze als lerares en schreef voor kinderen. Ze stapte over naar de AD Kinderkrant. Voor dit werk ontving ze in 1978 de Jantje Beton Prijs.

Na een groot aantal boeken voor de jeugd te hebben geschreven, volgde Tuig voor jong-volwassenen, dat in zes talen werd vertaald. Haar eerste boek voor volwassenen De Bruidskogel, 1999, ging over het oude en nieuwe Albanië.

De Vries reist veel, dat komt tot uitdrukking in haar werk. Oorlog, macht en onmacht zijn thema’s die ze veel beschrijft. Ook is ze actief lid van de Klimaatdichters. Haar boek over kernenergie Straling, mag het ietsje meer zijn? ging in ons land 60.000 keer over de toonbank. Haar boeken hebben, inclusief de dertig vertalingen, een oplage bereikt van 1,7 miljoen.

De Groen schrijft in dit boek over een onderwerp dat haar door haar eigen ervaringen op dat terrein emotioneel beroert. Haar én twintigduizend andere grootouders.

En tóch vind ik dit een zwak boek.

Om te beginnen: is het niet meer zien van de kleinkinderen zo’n taboe? Misschien in de kring van De Groen. Maar ik kan in de kring van bekenden zo al vier gevallen opnoemen waarbij de kleinkinderen onzichtbaar zijn en onzichtbaar zullen blijven. Tragisch, inderdaad, maar geen taboe. Integendeel. Frank en vrij erover praten maakt het eenvoudiger dat te dragen.

De Groen maakt met dit verhaal een vlot geschreven ‘sociale kasteelroman’, geen vriendelijke term, maar ik vind dat zij wat ál te simpel een al jaren slepende kwestie oplost. Zo gaat het meestal niet. Het doet mij een beetje denken aan het lichtvoetige tv-programma Het Familiediner (EO), waarin familieleden langlopende ruzies onder het oog van de camera tijdens een diner beslechten.

Een vlot geschreven novelle, die ongeloofwaardig lichtvoetig eindigt.

Els de GroenEven kaas halen. ISBN 9-789-493-214811. 110 pagina’s, € €17,50. Haarlem: In de Knipscheer 2023.

Geplaatst in Alle Boeken, Novelle | Reacties uitgeschakeld voor Even kaas halen

Jij gaat dood

Veertien jaar ziek gemaakt door haar eigen moeder.

Echt gebeurd.

Nina’s moeder heeft Nina jarenlang stelselmatig ziek gemaakt. Vroeger kenden we deze stoornis als Münchhausen by Proxy, tegenwoordig heet dat Kindermishandeling door Falsificatie (KMdF). KMdF líjkt niet heel veel voor te komen, achterin het boek bericht een vertrouwenspersoon en arts van Veilig Thuis dat in 95% van de gevallen de biologische moeder de dader is.

Omdat KMdF zo moeilijk te herkennen is, zijn vermoedelijk nog veel méér kinderen hier het slachtoffer van, dan nu bekend is. Onlangs nog was er een soortgelijke zaak in het nieuws. Een zoon (11) die het handelen van zijn moeder niet heeft overleefd.

Nina kan het wél nog na vertellen. Hoe bijzonder dat eigenlijk is, en dat ze dat aan een doortastende arts te danken heeft, kom je gaandeweg te weten.

Auteurs

Nina Blom (1975, pseudoniem) groeide op in een gezin met haar drie jaar oudere zus. Ze was een vrolijk kind, vol levenslust, maar ze werd veel thuis gehouden omdat haar moeder vaak ziek was. Achter gesloten deuren werd ze op gruwelijke wijze ziek gemaakt. Nina’s ouders praken zelfs over euthanasie. Een hond hadden we allang laten afmaken, aldus haar vader.

Nina Blom heeft 21 jaar gewerkt aan het optekenen van haar verhaal.*

Margreet de Heer (1972) studeerde theologie aan de Universiteit van Amsterdam. Haar roeping vond ze echter in het tekenen van strips. Ze was van 2017 de eerste Stripmaker des Vaderlands. In 2022 publiceerde ze Dominee de Heer in den beginne, een vrolijk album over één van haar alter ego’s..

Nina en Margreet hebben samen een stripverhalend boek gemaakt wat je werkelijk niet weg kan leggen, ik heb het in één adem uitgelezen. Het stripverhaal vertelt op een uiterst toegankelijke manier hoe Nina van baby af aan behandeld is als een ernstig ziek kind waar van alles mis mee was. De moeder heeft op uitputtende wijze aandacht voor Nina – en daarmee voor haarzelf – gevraagd voor allerlei niet aanwezige ziektebeelden. Nina groeide op met het idee dat ze ernstig ziek was en zichzelf geenszins mocht belasten. Niet mogen lopen, spelen, niet naar buiten mogen, vooral geen leeftijdsgenoten over de vloer want álles was te belastend en (vooral) niemand mocht zien hoe het werkelijk met haar ging.

Het stripverhaal laat zien hoe subtiel het isoleren van Nina plaatsvond. Hoe moeder haar weghield uit alle mogelijke sociale contactmomenten en in elke ontmoeting met anderen (buren, leraren, dokters) haar eigen draai aan het verhaal gaf, tot de meest waanzinnige en ongeloofwaardige scenario’s. Nina moest gedragen worden, Nina moest in een rolstoel zitten, Nina moest verbanden om, Nina moest medicatie slikken die niet voor haar bedoeld was…. ze moest van alles en mocht niks. Daar bovenop komt het schuldgevoel wat haar werd aangepraat. Of Nina zich wel realiseerde hóe veel haar ouders voor haar over hadden, hoeveel ze zichzelf ontzegden speciaal voor Nina. De psychologische mishandeling is minstens zo belastend.

Je voelt als lezer langzaam steeds beklemmender het net waarin Nina zich bevond. Je wordt meegenomen in Nina’s zoektocht naar autonomie; langzaam vat de gedachte post dat het haar opgedrongen lichaamsbeeld wellicht niet strookt met de werkelijkheid en je zou Nina wel toe willen roepen tijdens het lezen dat ze in verzet moet komen. Wat Nina ook zeker doet, maar je ziet hoe moeder alle mogelijke momenten van roep-om-hulp probeert te ontkrachten of te ontkennen.

Met toenemende verbazing lees je hoe hulpverleners wel vermoedens hebben, maar handelingsverlegen zijn, óf, doordat Nina minderjarig is en moeder dus zeggenschap heeft, machteloos staan bij het constant verplaatsen van Nina. Naar andere dokters, andere scholen, naar een ander adres. Waardoor moeder jarenlang door kon gaan en niemand genoeg ingreep.

Dit boek is behalve een ontluisterend levensverhaal ook een appèl naar zorgverleners: leer hiervan!

Achterin staat een uitleg met tips en verwijzingen naar instanties, geschreven door een vertrouwenspersoon en arts van Veilig Thuis.

Dit boek zou door alle huisartsen en kinderartsen gelezen mogen worden, opdat geen kind meer hoeft te doorstaan wat Nina heeft doorgemaakt.

Een diepe buiging voor Nina, voor haar moed en doorzettingsvermogen om dit verhaal op papier te krijgen. Ze heeft er – begrijpelijk – jaren over gedaan. En zeker ook voor Margreet de Heer die met deze ‘verstripping’ ervoor heeft gezorgd dat deze gruwelijke misstand ook onder ogen kan komen van wie normaliter geen ‘gewone’ boeken leest.

Ik hoop oprecht dat dit boek door zoveel mogelijk mensen gelezen wordt, zodat KMdF eerder herkend wordt en er eerder gehandeld wordt om kinderen te bevrijden uit deze toxische en levensbedreigende situatie.

Nina Blom & Margreet de Heer – Jij gaat dood. Veertien jaar ziek gemaakt door haar eigen moeder. ISBN: 978-94-9323-483-3, 208 pagina’s, € 24,99. Leens: Uitgeverij Personalia 2023.

*Nina schrijft zelf, op verzoek van LeesKost:

Ik ben gaan schrijven eind oktober 1989 toen ik mijn handen weer voor het eerst opnieuw leerde te gebruiken. Om een helder beeld te geven: ik ben op 2 augustus 1989 gered en kwam toen in het ziekenhuis terecht om te herstellen van alle mishandelingen. Op dat moment kon ik helemaal niks en kreeg ik dagelijks fysiotherapie om weer aan te sterken, alleen mijn hoofd kon ik nog bewegen. Daar lag ik bijna 10 maanden, tot 25 mei 1990. Ik kreeg het advies van David Frenchen, mijn toenmalige psycholoog die ook dagelijks kwam, om mijn verhaal chronologisch op te schrijven met behulp van tekeningen. Ik moest ‘de heel nare gebeurtenissen’ eerst gaan tekenen en daarna de woorden ervoor vinden.

In het begin kwamen ouders nog op bezoek onder toezicht van de camera, en mijn moeder las stiekem mijn geschreven stukken aan het voeteneind. Dus ik werd weer bedreigd en was niet vrij in het schrijven. Nadat ik ontslagen werd uit het ziekenhuis, ben ik mijn verhaal opnieuw gaan opschrijven in een dik schrift en vervolgens heb ik het voor de derde keer helemaal uitgewerkt n.a.v. alle research, dus ik heb ook bijzondere en openhartige gesprekken gehad met toenmalige hulpverleners. Hierdoor kon ik mijn verhaal nog gedetailleerder opschrijven.
Ik had in de zomer van 2010 voor het eerst contact met Uitgeverij Personalia, ik had toen 5 hoofdstukken van mijn manuscript opgestuurd. Ik ontmoette mijn uitgever Seb van der Kaaden op 4 november 2010 en op 23 februari 2011 hoorde ik dat mijn manuscript groen licht kreeg om tot een fysiek boek gepubliceerd te worden. Ik heb toen alle tijd gebruikt om mijn verhaal af te ronden en in te korten omdat het anders een heel dik boek zou worden. Op 4 november 2011, dus precies 1 jaar na de eerste ontmoeting met mijn uitgever Seb van der Kaaden, werd het boek “Je bent een verschrikkelijk kind” gepubliceerd door Uitgeverij Personalia. Het boek werd gepresenteerd in Rotterdam op het Albeda College daar waar ik ooit mijn studie mbo Mode en Kleding succesvol had afgerond.
Sinds 2007 geef ik voorlichting aan professionals en dit doe ik nu sinds 2010 in fijne samenwerking met mijn uitgever! Zo is mijn boek ook vertaald in het Engels in december 2019 en op 16 augustus 2021 kwam er een luisterboek ingesproken door Isa Hoes uit. En onlangs dus de graphic novel “Jij gaat dood”, scenarist en striptekenaar Margreet de Heer en inkleurder Ruben Brinkman. We hebben nog veel mooie plannen, zoals een verfilming van mijn verhaal. De graphic novel is al een mooie opstap omdat mijn verhaal nu beeldend is neergezet. Ik geef nog altijd lezingen en het gaat erg goed met de missie! Daarnaast geniet ik volop van het leven, zing ik in een Pop-Rock koor, zwem ik, ben ik creatief zoals schilderen, tekenen, breien en haken, heb ik veel lieve vrienden en vriendinnen en een lieve partner. Daar ben ik al 22 jaar heel gelukkig mee
!

Geplaatst in Alle Boeken, Non Fictie, Ziekte en dood | Reacties uitgeschakeld voor Jij gaat dood

De Plot

Een briljant plot in een briljant plot

Het overtreden van een ongeschreven schrijverswet heeft desastreuze gevolgen.

Wanneer je als auteur met een schrijfblokkade een boek met de titel De Plot in handen krijgt dan hoop je tijdens het lezen op inspiratie. Men zegt wel: beter goed gejat dan slecht bedacht. Dat idee kreeg Jacob Finch Bonner, de ooit zo veelbelovende auteur van The Invention of Wonder, ook.

Wanneer Jake als docent creatief schrijven een hoofdstuk van een verhaal van een arrogante leerling onder ogen krijgt weet hij, net als de schrijver, dat het boek door de unieke plot gegarandeerd een topper wordt.

Als Jake jaren later in zijn leven nog altijd zijn eerste succes probeert te evenaren denkt hij terug aan het briljante verhaal, waarvan hij maar één hoofdstuk heeft gelezen. Wanneer hij ontdekt dat de betreffende leerling niet meer leeft, het boek nooit is uitgebracht en zelfs directe familieleden zijn overleden, is de verleiding té groot om te weerstaan. Vanaf het moment dat de deels geplagieerde roman The Crib een kassucces is start een kat- en muisspel dat hem en de lezer meesleurt in gevoelens van angst, grootheidswaanzin en paranoia.

Auteur

Jean Hanff Korelitz (1961) groeide op in New York en studeerde aan Dartmouth College en Clare College in Cambridge (UK). Ze is schrijver, toneelschrijver, toneelproducent en essayist. Haar boek Je had het kunnen weten werd door HBO uitgebracht als de televisieserie The Undoing. Naast romans schrijft ze kinderboeken, non-fictie en poëzie, en haar artikelen verschenen onder meer in Vogue, The New York Times en Reader’s Digest. Van haar nieuwste boek – De nakomer uitbracht in 2022 – wordt een serie van gemaakt

Het was even wennen aan de lange zinnen met tangconstructies, toch pakte het verhaal mij meteen. Wat onmiddellijk opvalt is de zelfspot waarmee de hoofdpersoon ‘het schrijverschap’ benadert, hetgeen nog grappiger is omdat schrijfster Korelitz het schreef en ik het als schrijver en recensent las. Men kan het verhaal ook als een parodie of persiflage op schrijvers en de schrijverswereld zien; herkenbare eigenschappen van het origineel worden overdreven of uitvergroot zonder voor de leek té hilarisch te worden.

Geschreven in de derde persoon kruipt de lezer in hoofdpersonage Jake en ervaart zijn paranoia, twijfels, afwegingen en succes.

Schrijvers die wilden dat hij hun theorie onderschreef dat discriminatie in de uitgeverswereld – antisemitisme! seksisme! racisme! leeftijdsdiscriminatie! – de werkelijke reden dat hun achthonderd pagina’s tellenden non-lineaire, interpunctieloze neoroman was afgewezen door elke uitgever die in het land te vinden was.

De Plot neemt niet alleen het schrijverschap op de schop, ook fenomenen in de schrijverswereld worden onder de loep gelegd.

‘Als je auteursrecht kon claimen op een plot, dan zouden er helemaal geen romans bestaan,’ zei Wendy. ‘Stel je voor dat één persoon de rechten zou bezitten op “Jongen ontmoet meisje, jongen raakt meisje kwijt, jongen krijgt meisje”. Of op “Held, opgegroeid in anonimiteit, ontdekt zijn eigen cruciale rol in epische strijd om de macht”. Ik bedoel, dat is toch absurd!’

Op een derde van het verhaal vermoedde ik ‘de ware toedracht’, wat het leesplezier juist versterkte. Niks is leuker dan hongerig doorlezen om erachter te komen of een ingeving klopt.

In principe ben ik geen fan van dikke pillen, maar De Plot had van mij langer gemogen. Tijdens het lezen leefde ik mee, heb ik geschaterd, gegruweld, hield ik soms mijn adem in. Kortom, ik heb genoten en laat dat nou net de bedoeling van lezen zijn. Dikke aanrader!

Jean Hanff KorelitzDe Plot. Vertaald uit het Engels (The Plot) door Sandra Boersma & Hilje Papma. ISBN 978-946-3967-67, 338 pagina’s, € 27,99. Gent: Borgerhoff & Lamberigts.

Geplaatst in Alle Boeken, Fictie | Reacties uitgeschakeld voor De Plot

Schwung

Elf zwingende verhalen

Uitzonderlijk en origineel.

De elf verhalen uit deze bundel zijn zonder uitzondering vermakelijk en origineel. De situaties waarin de hoofdpersoon belanden zijn allemaal bijzonder. De meeste hebben ook iets met muziek te maken. De hoofdpersoon wordt in sommige verhalen nogal opdringerig bejegend door vrouwen. Hij ondergaat het gelaten. Er is nooit sprake van een scherp oordeel, hij is mild. De stijl is zeer beeldend; de verhalen lenen zich daarom uitstekend om verfilmd te worden.

Auteur

Wilfried de Jong (1957) is schrijver, presentator van televisieprogramma’s en acteur. Deze winter presenteerde hij het literaire programma Brommer op Zee. In het theater trad hij op met de voorstelling Waardenburg & De Jong. In 2000 debuteerde met de verhalenbundel Aal. Gevolgd door de bundels: Kop in de wind, Zweefduik en De man en zijn wielerverhalen.

De bundel begint met een uitzonderlijk verhaal. Tijdens een vakantie in het Italiaanse Locorotondo klinkt vanuit een huis het geluid van de zee. Hij laat zich naar binnen lokken. Hij komt terecht bij een vriendelijke dame die geluiden blijkt te verzamelen. Haar specialiteit zijn de geluiden in het menselijk lichaam. Nadat hij een demonstratie krijgt van deze geluiden wordt hij zelf uitgenodigd te dienen als proefkonijn. Nadat ze eerst een opname maakt van zijn knakkende knie wil ze steeds meer geluiden horen van zijn lichaam.

De verhalen zijn zeer gevarieerd. In één ervan moet de hoofdpersoon, terwijl de moeder als jazztrompettiste deelneemt aan een concert, op haar huilende baby passen in de kleedkamer. Andere verhalen spelen zich af in een platenwinkel, een circus en als chauffeur van een zangeres.

Het verhaal Perenhout is geestig en ontroerend. Hoofdpersoon is een musicus wiens contrabas het heeft begeven: Mijn oude dame van triplex had een lelijke val gemaakt. Ze kon haar evenwicht niet bewaren en was tegen de grond geklapt. Een reparatie bleek niet meer mogelijk. Met zijn verlengde snoek, een zwarte Citroen DS Break van een kennis gaat hij naar Zuid-Limburg. Daar hoopt hij bij een Tsjechische vioolbouwster een nieuwe contrabas te kopen. De Jong beschrijft de verkoopprocedure op een kostelijke manier. Weer heeft hij met een opdringerige vrouw te maken.

Aanstekelijke verhalen.

Wilfried de JongSchwung. Tien verhalen en een blues. ISBN 978-94-6381-199-6, 173 pagina’s, € 21,99. Amsterdam: Uitgeverij Podium 2023.

Geplaatst in Alle Boeken, Korte verhalen | Reacties uitgeschakeld voor Schwung

De nazaten

De doden leven voort

Bergen ligt toch in Noord-Brabant.

Toen Saskia Noort in 2003 debuteerde met de thriller Terug naar de kust werd dat onmiddellijk een enorm succes. Het boek werd 200.000 keer verkocht en later verfilmd. Daarna stond ze voor de bijna onmogelijke opgave deze prestatie te evenaren. Het lukte haar: het in 2004 verschenen De eetclub steeg naar een verkoop van 500.000 exemplaren en ontving lovende recensies. Noort schreef door en wist haar lezers vast te houden. In 2013 schreef ze Debet een vervolg op De eetclub. En nu, wéér tien jaar later is de drieluik compleet. In haar nieuwste thriller De nazaten krijgen haar talloze fans – er zijn inmiddels 3,5 miljoen boeken van haar verkocht – te horen hoe het de leden van de voormalige eetclub verder is vergaan. Ze komen weliswaar allemaal uit de miljonairsplaats Bergen, maar wat geluk betreft zijn ze minder goed bedeeld. Hoofdpersoon Karen trok zich na de dood van haar man Michel tien jaar geleden haastig terug in een onooglijk dorp in Noord Brabant. Ze nam zich voor haar twee dochters Annabelle en Sophie (Belle en Soof) en haar piepkleine zoontje Mik een beter leven te geven.

Karen had nog een reden om te vertrekken. Want al had ze het nooit rondgebazuind, Mik was niet de zoon van Michel maar van eetclublid Simon. Ze wilde het kind vér van het dorp laten opgroeien, ze zou hem gelukkig maken, op grote afstand van die mensen. Later overlijdt ook Simon en aangezien zijn dood omgeven is met vragen volgt er een rechtszaak. Wegwezen moest ze! Maar de geschiedenis laat zich niet uitwissen. Als Mik tien jaar oud is wordt Karen – met Mik in de auto – op een afgelegen weg klemgereden. Ze vecht voor Mik, maar als ze bijkomt is haar kind verdwenen, ontvoerd. Het lijkt erop dat ‘Bergen’ er meer van weet. En als het niet om de oude bekenden gaat, dan weten hun nazaten er misschien meer van. Moet ze terug naar Bergen, het boerderettedorp van de geslaagden?

Auteur

Saskia Noort (1967) studeerde journalistiek en theaterwetenschap. Sinds begin jaren negentig werkte ze als redacteur en columnist voor een groot aantal bladen als Viva, Marie Claire, TopSanté, Ouders van Nu en Linda. Voor dat laatste blad schreef ze zeventien jaar columns. Noort debuteerde in 2003 met Terug naar de kust. Haar eerste twee boeken werden genomineerd voor De Gouden Strop. Beide boeken werden breed vertaald en verfilmd. Nazaten is haar zeventiende boek. Al haar boeken kwamen terecht in de Nederlandse Bestseller 60 lijst en stonden daar vaak weken op een hoge plaats. In 2013 ontving ze de GNM Meesterprijs voor haar hele oeuvre. Vijf van haar thrillers leverden haar de NS-Publieksprijs op. In 2009 kreeg zij de Prix SNCF du polar voor Petits meurtres entre voisins, de Franse vertaling van De eetclub.

Door de jaren heen heb ik verschillende thrillers van Saskia Noort met bijzonder veel plezier gelezen. Dat houdt niet in dat alle verhalen in het geheugen zijn blijven hangen, een mens leest veel tenslotte. Daar had ik last van toen ik De nazaten las. Voorin het boek staat gelukkig wel een lijst met de namen van de leden van De eetclub, die ook hier, dood of levend figureren. Ook de namen van hun kinderen – hun nazaten – staan vermeld. Ik heb op internet even de titels met korte inhoud van de eerste twee delen van de trilogie gegoogeld, dat gaf iets meer duidelijkheid over dood en leven in dit verhaal. Misschien was het handig geweest die twee samenvattingen ook even voorin dit boek te zetten. Ander idee: hebt u de eerste delen nog in huis, herlees ze dan en ‘pak’ deze er meteen achteraan. Een plezier om te lezen, samen.

Noort heeft een onweerstaanbare hand van schrijven. Spannend, op z’n tijd genoeglijk, menselijk, verrassend, humoristisch en zó gemakkelijk van stijl dat ’t stempel ‘lekker leesbaar’ als kers op de taart op de kaft kan.

Een echt vakantieboek!

Saskia Noort – De nazaten. ISBN 978-90-44362-37-4. 270 pagina’s, € 22,99. Amsterdam: The House of Books – 2023.

Geplaatst in Alle Boeken, Deel van een reeks, Detective / Thriller | Reacties uitgeschakeld voor De nazaten

Op het spoor van Etty Hillesum

Een kennismaking met haar gedachtewereld

Vergaande solidairiteit met het Joodse volk.

Al weer een boek over Etty Hillesum. Nog maar een jaar geleden verscheen de zeer uitgebreide biografie van de hand van Judith Koelemeijer. Klaas Smelik koos echter voor een andere aanpak. Zijn boek gaat niet zo zeer over het leven van Etty, hij brengt de ideeën van haar in beeld en ook de omstandigheden waaronder ze zijn ontstaan, niet chronologisch, maar per onderwerp. Zo bespreekt hij onder andere onderwerpen als Joodse wortels, Vrouw zijn, Collectief lot, Haat en vijandschap, Leven en dood, God en lot. Toch handelen nog veel gedeeltes over haar leven, dat al uitvoerig behandeld is door Koelemeijer. De thematische gedeeltes over de genoemde onderwerpen zijn zeker verhelderend.

Auteur

Klaas A.D. Smelik (1950) studeerde theologie, Semitische talen, oude geschiedenis en archeologie. In 1977 promoveerde hij. Hij doceerde aan verschillende universiteiten en was hoogleraar in Brussel en Leuven. In Gent was hij professor Hebreeuws en Joodse studies. Van 2006 tot 2019 was Smelik directeur van het Etty Hillesum Onderzoekscentrum, eerst in Gent en later in Middelburg. In 1986 gaf hij de integrale editie van Hillesums nagelaten geschriften uit. Zijn vader had een relatie met haar.

In het hoofdstuk Joodse wortels wordt besproken in hoeverre Etty joods was. Dat blijkt een gecompliceerde kwestie. Ze had een Joodse moeder. Volgens deze regels is zij dus Joods. Etty heeft echter geen orthodox-joods leven geleid. Zij hield zich niet aan de sjabbat en de joodse spijswetten. Haar ouders hadden haar geen joodse opvoeding gegeven. Ze had wel kennis van het joodse geloof. Regelmatig gebruikt ze in haar dagboeken joodse termen. Zo heeft zij het bijvoorbeeld over sjeimes, het gebed uitspreken bij een stervende. Het is duidelijk dat zij behoorde bij het Joodse volk, maar niet bij de joodse godsdienst. Haar solidariteit met haar volk ging heel ver.

Een apart hoofdstuk gaat over het vrouw zijn. Smelik noemt haar op en top vrouw: vrijgevochten, zinnelijk, een verleidster die bij geen man bleef. In haar dagboek zegt zij: Ik heb mijn lichaam gebroken als brood en het uitgedeeld onder de mannen. Ze voelde niets voor het huwelijk en het moederschap. Ze wilde niet de mensheid met nog een ongelukkig creatuur vermeerderen.

Veel aandacht besteedt Smelik, aan de vraag waarom Etty niet wilde onderduiken. Ze spreekt over een Massenschicksal, een lot dat het hele Joodse volk had getroffen en waaraan men zich als individu niet mocht onttrekken. Haar opvatting was ook: Joden dienen solidair met elkaar te zijn. Dat het geen loze woorden waren laat ze duidelijk zien als ze in Westerbork gaat werken als lid van de Joodsche raad voor de afdeling Sociale verzorging doortrekkenden. Met veel liefde wijdt ze zich aan de zorg voor haar lotgenoten.

Een logisch gevolg van de oorlog is dat de vijand gehaat wordt. Etty had totaal andere opvattingen over het haten van de vijand: Haat is contraproductief, want haat tast jezelf aan. Eigenschappen die je bij de vijand haat, zijn ook te vinden bij je eigen mensen. Er bestaan geen slechte mensen. Elk mens heeft het goede en het slechte in zich. De vijand is ook een mens. Niemand heeft schuld, een systeem gaat over onze hoofden heen. Als ze geconfronteerd wordt met een schreeuwende Gestapo voelt ze medelijden met hem, ze is niet bang van hem. In Westerbork verandert ze enigszins. Ze moet constateren dat ook onder Joodse mensen beulen en slechte mensen voorkomen. Een felle opmerking maakt ze over de Ordnungspolizei die de Joden begeleiden in de trein. Ze ziet botte, honende koppen zonder enige menselijkheid.

Heel uitgebreid bespreekt Smelik de geloofsontwikkeling van Etty. Voor mensen die weinig van theologie weten is dit gedeelte niet altijd helder. In de dagboeken is een geloofsontwikkeling te zien. Als ze het woord God gebruikt, bedoelt ze steeds iets anders. Het was haar therapeut Julius Spier die haar begeleidde en leerde. Ze leert van hem wat bidden is en ook leest hij met haar in de bijbel. Bidden zag zij aanvankelijk als een manier om met jezelf te praten, een dialoog met het aller diepste in jezelf dat ze gemakshalve God noemt. Van Spier leert ze om knielend te bidden.

Een moeilijk stuk gaat over de immanente versus de transcendente God. Bij een immanente God zoekt de biddende mens naar de God in zichzelf. Bij de transcendente God wordt gezocht naar de God buiten jezelf. Etty komt uiteindelijk uit bij de transcendentie. Ze spreekt tot God als tot een persoon. Ze heeft zoveel vertrouwen in God dat zelfs als ze zich in de klauwen van de Duitsers zou bevinden ze zich toch geborgen zou voelen in Gods armen.

Een goede aanvulling op de boeken over Etty Hillesum.

Klaas A.D. SmelikOp het spoor van Etty Hillesum. Een kennismaking met haar gedachtewereld. ISBN 978-94-6456-072-5, 246 pagina’s, € 29,99. Zutphen: Walburg Pers 2023.

Geplaatst in Alle Boeken, Diversen | Reacties uitgeschakeld voor Op het spoor van Etty Hillesum

Van huis en haard

Dagboek van een jaar op drift

Poetin en Hitler broeders in het kwaad. ‘Wat een smeerlapperij’.

Als Pieter Waterdrinker in 2020 na tientallen jaren besluit om het jachtige bestaan als correspondent in Rusland en de Rusland-omringende landen op te geven om zich volledig te kunnen wijden aan het schrijven van romans verandert het tempo van zijn bestaan. Hij hoeft niet meer van hot naar her te reizen voor het maken van reportages en interviews, maar richt zijn reizen nu op andere landen waar de uitgevers van zijn vertaalde romans hem uitnodigen om promotie voor zijn werk te maken. Waterdrinker zal ook zijn pied à terre in Moskou opgeven, noodzakelijk voor zijn journalistieke werk. Nu kan hij zich volledig in Sint-Petersburg vestigen en met zijn vrouw Julia en de geliefde poezen samen wonen. Waterdrinker houdt grote schoonmaak in zijn kleine flat in de hoofdstad en gooit rigoureus zijn hele archief weg. Later komt hij tot de ontstellende ontdekking dat hij mét al het papier ook zijn harde schijf naar de stort heeft gebracht, de schijf met al zijn oude dagboekaantekeningen en de opzetjes voor romans. Hij voelt zich doodongelukkig. Nooit meer een dagboek. Dat besluit laat hij in november van 2021 varen. De politieke situatie werd steeds onrustiger. Rusland had met dictatoriale nonchalance de Krim aan het eigen rijk toegevoegd, zich beroepend op de oude geschiedenis, op de ímperialistische Groot-Russische droom van de ex-KGB’er Poetin. Nu stonden de troepen voor de Oekraïense Donbas, voor een ‘oefening’. Ongeloofwaardig. De situatie was dreigend. Het leven moest weer dagelijks geboekstaafd. Pieter Waterdrinker startte opnieuw met zijn dagboek, en dat resulteerde in dit boek. Een dagboek op drift, want na de inval in Oekraïne besloten hij en zijn vrouw te vertrekken, voorlopig of voor lange tijd, ze konden het niet beslissen. Als Poetin maar snel dood ging.

Poetin is een van de hoofdfiguren in dit boek. Waterdrinker schrijft, op de dag dat Oekraïne werd binnengevallen: Hitler was een pathologische krankzinnige, Poetin een berekenende strateeg, zo was lange tijd het idee. Maar misschien is Poetin juist vanwege die koele berekening wel een grotere pathologische misdadiger dan Hitler. Opnieuw, opnieuw en opnieuw gaan mensen vanwege de kakkerlakken in het hoofd van één persoon sterven. Wat Poetin vandaag heeft gedaan (…) is niet alleen een daad van agressie maar ook een historische misdaad. Waterdrinker is op die dag in Sint-Petersburg, Julia in het familiehuis in Cordes-sur-Ciel. Hij belt haar. Ze is zozeer in shock dat verder spreken haar onmogelijk is.

Vanaf dat moment verzamelt Waterdrinkers fanatiek reacties die hij in zijn dagboek noteert. Hij hoort tot zijn verbijstering van de patriarch van de Russisch-Orthodoxe kerk het dodelijk avonturisme van Moskou openlijk steunt. Patriarch Kirill laat weten dat er een oorlog gaande is omdat men in de Donbas niet gediend is van Gay Prides. Waterdrinker ontdekt dat veel bewoners van zijn ooit zo geliefde land in een collectieve ontkenningsfase verkeren. Feest ten tijde van de pest, noemt hij het. En concludeert met het voortgaan van de oorlog: Wat een puinhoop. Wat een smeerlapperij. Wat een misdadigheid. Tegelijkertijd ziet hij dat Mijn meeste vrienden in Rusland en Oekraïne hebben huis en haard verlaten. En: Een klein miljoen Russen heeft niet met woorden geprotesteerd maar met de voeten, ze hebben de benen genomen naar Georgië, de Baltische landen, het Westen.

Auteur

Pieter Waterdrinker (1961) werkte tientallen jaren als Ruslandcorrespondent voor verschillende media. Hij debuteerde in 1998 met de roman Danslessen. Daarna volgden nog dertien verhalenbundels en romans. Internationaal kreeg hij grote waardering voor Tsjaikovskistraat 40, een autobiografische én historische roman over een eeuw Rusland sinds de Russische Revolutie in 1917. Waterdrinker is diverse keren genomineerd voor onder andere de Libris Literatuur Prijs, de Bob den Uyl Prijs voor het beste reisboek en de internationaal hoog in aanzien staande IMPAC Dublin Literary Award 2011. Waterdrinkers werk is wereldwijd vertaald.

Het voorgaande deel van deze recensie kan de indruk wekken dat Van huis en haard puur een dagboek is over de geschiedenis van de Russische inval in Oekraïne. Dat is niet zo. De schrijver volgt de geschiedenis als zo velen, en hij verlaat weliswaar Rusland, maar hij neemt ons mee op zijn reizen. Door Engeland, Schotland, Canada, Frankrijk, Duitsland, Portugal, Italië en niet te vergeten Nederland, het land waar zijn familiebanden en vriendschappen met medeauteurs hem keer op keer terug brengen. Wie leest herkent de schrijvers die hij daar ontmoet en over wie hij boeiende en amusante anekdotes vertelt, de specialiteit van Waterdrinker, de man van het verhaal.

Want dát is Waterdrinkers grote kracht, dat maakt hem tot de grootste en best leesbare schrijver van Nederland: hij is een zeer onderhoudend verteller, hij grijpt zijn lezers beet en trekt ze mee naar binnen in zijn grote en kleine verhalen. Hij lacht en huilt en toont zijn macht en onmacht. Hij kan poëtisch schrijven, maar evenzeer vlijmscherp en tot de tanden gewapend als hij Poetin en Hitler kastijdt.

Wat een rijkdom voor de literatuur, deze Pieter Waterdrinker.  

Pieter Waterdrinker – Van huis en haard. Dagboek van een jaar op drift. ISBN 9-789-038-812-977. 399 pagina’s. € 26,99. Amsterdam: Nijgh & Van Ditmar 2023.

Geplaatst in Alle Boeken, Dagboek | Reacties uitgeschakeld voor Van huis en haard

Verhalen uit de volgwagen

De wereld van de wielercoach

‘Ik heb vijf keer geplast’.

Kees Pellenaars

Wanneer ik het woord ploegleider hoor denk ik allereerst aan Kees Pellenaars, ‘den Pel’, met een grote sigaar in het hoofd. Daarna komen de ruziënde Peter Post en Jan Raas bij me voor de bril. En nog later misschien Johan Bruyneel, de partner in crime van Lance Armstrong. Een bont gezelschap dus. Wat doet een ploegleider precies en hoeveel invloed heeft hij nu eigenlijk op het koersverloop? Wat gebeurt er allemaal achter de schermen? Daarover gaat het in dit boek.

Auteur

Lidewey van Noord (1965) schreef verschillende wielerboeken, waaronder Pellegrina en het ontroerende De Spaanse renner. Beide boeken werden genomineerd voor de Nico Scheepmaker Bekeri, de vakprijs voor het beste sportboek van het jaar.

Bij veel non-fictieboeken geeft de inhoudsopgave een goed beeld van de inhoud en dat is ook hier het geval. Ik noem ze hier achtereenvolgens: Beroep ploegleider; De kwaliteiten van een moderne wielercoach; De mannen en de vrouwen, gescheiden werelden; De relatie ploegleider renner; Van talent naar top; een ploeg smeden; De (al dan niet onmogelijke) taak van de bondscoach; Verliezen; Winnen; Klein en groot bedrog; Rivaliteit; De val en de weg terug; Afscheid van een renner.

Genoemde onderwerpen worden uitvoerig behandeld, misschien wel wat te uitvoerig, waardoor er (te) weinig ruimte  is voor de sappige anekdotes die de modale wielerliefhebbe in een dergelijk boek verwacht. Ze zijn er wel, maar er wordt bepaald niet kwistig mee gestrooid.

Steven de Jongh

Laatst vroeg ik (Steven de Jongh; AK) een Spaanstalige jongen die niet zo goed Engels spreekt wat er in zijn ogen goed was gegaan. Hij begreep de vraag volledig verkeerd en antwoordde ‘Ik heb vijf keer geplast.’ Iedereen lag helemaal gevouwen, maar ik bleef heel serieus en zei ‘Oké. En wat ging er mis in jouw ogen?’ Die vraag begreep hij wel. Als ik hem had uitgelachen, was hij dichtgeklapt. Nu kwam hij alsnog met een aantal punten.

Interessant is de visie op het wielrennen van de Australische ploegleider Allan Peiper. Wielrennen is voor hem de passie in zijn leven, maar dat was niet genoeg:

Mensen die topsporter willen worden zijn volgens hem geen gewone, uitgebalanceerde mensen. ‘Mensen die blij zijn met zichzelf en hun leven hebben niet die sterke behoefte om zich te bewijzen, om te winnen en de beste te zijn. De willen zichzelf geen pijn doen, niet lijden en niet zulke grote offers brengen.’

Het boek is goed geschreven en biedt veel interessante informatie voor de échte wielerliefhebber. In voetnoten staan de geraadpleegde bronnen vermeld en het verhaal wordt afgesloten met een register van de vermelde ploegleiders.

Lidewey van NoordVerhalen uit de volgwagen. De wereld van de wielercoach. ISBN 978-90-450-4639-5, 224 pagina’s, € 22,99. Amsterdam: Atlas Contact 2023.

Geplaatst in Alle Boeken, Wielrennen | Reacties uitgeschakeld voor Verhalen uit de volgwagen

Een bevoorrecht mens

Honderd mannenportretten

In levenden lijve of als In Memoriam.

Joost Prinsen is de jongste niet meer. Wie dát gegeven optelt bij zijn veelbewogen carrière komt vanzelf tot de conclusie dat deze acteur en schrijver honderden mensen ontmoet of heeft ontmoet. Prinsen heeft een aantal van hen kort geportretteerd, in het aantal woorden dat zijn wekelijkse column in het Haarlems Dagblad hem toestond. De meesten van de gefigureerden hadden een biografie verdiend, zoals iedereen die het grauw ontstijgt. In dit boek staan honderd van die kleine portretten bij elkaar. Een mooie galerij, het maakt het kiezen lastig. We doen en greep.

Allereerst het portret van sigarenhandelaar – en vader van drie gerenommeerde journalisten – Van Westerloo. De winkelier had altijd journalist willen worden, zie wat de invloed van zo’n vaderlijke droom op de beroepskeuze van de zoons is geweest. Maar daarover schrijft Joost Prinsen niet. Hij haalt deze herinnering op in 2019, ten tijde van het overlijden van de zoon Ed van Westerloo.

Ergens in de jaren vijftig werd zijn vader gebeld door een relatie bij het ANP. De man vertelde hem dat het kabinet gevallen was. Dat gebeurde ook toen ja. Vader Van Westerloo pakte een stuk papier, schreef daar met chocoladeletters op: KABINET GEVALLEN en plakte het papier op de winkelruit. Toen zei hij tegen zijn vrouw: ‘Zo, dat hebben we eerder dan De Volkskrant’. Ik kon het niet laten dit portret van Joost Prinsen uit zijn boek te pikken, actueler kan niet.

Jaap van Zweden

Een ander, meer willekeurig gekozen: Joost Prinsen verhaalt dat hij eens heeft opgetreden met Jaap van Zweden, waarom en hoe dat in de uitzending paste staat hem niet meer precies  voor ogen. Wel weet hij nog dat Van Zweden op zijn Stradivarius zou gaan spelen, en dat hij als een twaalfjarige had gevraagd: ‘Mag ik hem even vasthouden?’ Dat vond Van Zweden onmiddellijk goed. Terwijl ik trillend met die viool in mijn handen stond, zei hij: ‘Laat hem in godsnaam vallen. Hij is voor twee miljoen verzekerd!’ U begrijpt dat Jaap van Zweden bij mij geen kwaad meer kon doen.’ Mooi verhaal.

Auteur

Joost Prinsen (1942) volgde zijn opleiding aan de Toneelschool in Amsterdam. Hij startte zijn carrière in 1969 bij Wim Sonneveld in de musical De Kleine Parade als de schilder Jollema. Prinsen speelde in ontelbare toneelstukken, musicals en televisieseries. Hij was ook docent aan de Kleinkunstacademie. Hij speelde in een groot aantal tv-series, als Erik Engerd uit de Stratemakeropzeeshow staat hij kinderen en ouders van toen voorgoed in de herinnering gegrift.

Prinsen is acteur, presentator, zanger en schrijver. Het is onmogelijk alle veren op zijn hoed te steken die daar voor zijn prestaties horen te staan. Wel wil ik nog even zijn rol noemen als quizleider van het tv-programma in Met het mes op tafel. Prinsen stopte daarmee na vierhonderd afleveringen wegens ziekte van zijn vrouw. Hij is columnist voor verschillende kranten en tijdschriften. De portretten uit dit boek komen bijna allemaal uit het Haarlems Dagblad. De eerste bundeling daarvan was in 2020 Mijn vrouw pikt zeepjes. Na het overlijden van zijn vrouw volgde de bundel Na Emma.

De honderd mannenportretten zijn allemaal liefdevol geschreven. Prinsen schrijft over bekende en onbekende mannen, vaak ook schrijft hij een In Memoriam als het bericht van iemands overlijden nog ‘vers’ is. Hij gedenkt vaak vakgenoten, BN’ers van het beschaafde soort met wie Prinsen samen speelde of van wie hij wijze lessen leerde. Een groot genoegen om te lezen.

Ik ga verder geen namen noemen, dan sla ik onterecht andere geportretteerden over. Lees en herken en neem van mij aan: wie zo wordt getekend is blij. En hetzelfde geldt voor de lezer.

Joost Prinsen –Een bevoorrecht mens. ISBN 9-789-038-81-309-7. 239 pagina’s. € 18,50. Amsterdam: Nijgh & Van Ditmar 2023.

Geplaatst in Alle Boeken, Columns | Reacties uitgeschakeld voor Een bevoorrecht mens

Van de zonnehandel

Het verhaal van een loser

Pistool en gitaar.

De roman handelt over twee broers: Brant en David. Brant is archeoloog. Hij krijgt de kans om zijn ideaal uit te voeren: opgravingen in Peru in de Andes. David, de eigenlijke hoofdpersoon van het boek staat in de schaduw van zijn broer. Hij is besluiteloos en weet niet welke studie hij na zijn middelbare school zal volgen. Hij fotografeert en krijgt zelfs tijdelijk een baantje bij de krant. Zijn belangrijkste werkzaamheden bestaan uit het verkopen van tweedehands meubels die door zijn vriend en chef Wiebe vakkundig zijn opgeknapt.

Auteur

Thomas Jiskoot (1959) studeerde Engels. Hij werkt als redacteur en vertaler. In 2020 verscheen zijn eerste roman Overplaatsing.

Een rode lijn, een belangrijke verhaallijn ontbreekt in deze roman. De flaptekst gaat hoofdzakelijk over Brant, maar deze wordt slechts zijdelings besproken. Zelfs de moord op Brant wordt in twee zinnen vermeld. Later volgt wat meer uitleg, maar het blijft summier. Ook de rol van de heren Vermooy, die misschien mooie vondsten van Brant wilden verkopen, blijft onderbelicht

Ook het Zonnegenootschap waar veel personages uit het boek mee te maken hebben blijft wat onduidelijk. Wel komen de bekende misstanden van een sekte aan de orde: hoge inschrijfgelden en leiders die daar van profiteren. Opvallend is wel dat de leden en ex-leden niet al te kritisch zijn en dat ze gemakkelijk kunnen uittreden.

De meeste aandacht gaat uit naar David, een jongeman die zijn draai niet kan vinden. Veelbelovend lijken zijn activiteiten met het fototoestel van zijn vermoorde broer. Hij blijkt in staat mooie portretfoto’s te maken. Zij baantje bij de krant is helaas minder succesvol.

Enigszins ongeloofwaardig is Davids baantje in de meubelhandel ‘Het Warenhuys’. Onbegrijpelijk dat een jonge knaap zo’n lullig baantje heeft. Zijn omgang met zijn baas Wiebe is wel vermakelijk. Dit verandert niet als Het Warenhuys gaat sluiten. Zijn volgende baantje is magazijnbediende. Een echte loser dus.

Twee voorwerpen spelen een grote rol. In de eerste plaats is daar het pistool van zijn broer, dat hen met elkaar verbindt.  De politie heeft het onbruikbaar gemaakt. Een ander voorwerp is de gitaar van een door David bewonderde gitarist. Deze stopte ineens met zijn muziekcarrière en voegde zich bij de zonnewende kinderen. David ontfermde zich over het in zijn ogen magische instrument.

Deze roman bevat geen plot die zich ontwikkelt. Het gaat voornamelijk om verschillende gebeurtenissen, incidenten waarbij David betrokken is, maar die niet samenhangen. De zinnen zijn vaak lang en bevatten veel details. De schrijver gebruikt veel beeldspraak die wel origineel is, maar soms ook wat gezocht. Twee voorbeelden: Zoals een egel zich ontrolt uit zijn verdediging, zo ontbolsterde ik me….De geur van frituurvet klauwde zich vast in je huid op de landerige warme juni-avond.

Een vermakelijke, wat trage roman. Soms is er sprake van archaïsch woordgebruik. De slotzin is een mooi voorbeeld: Hijgend grauwen zwol aan, een hees blaffen.

Thomas Jiskoot – Van de zonnehandel. ISBN 978-94-6365-513-2, 331 pagina’s, € 22,50.Leeuwarden: Uitgeverij Elikser 2023.

Geplaatst in Alle Boeken, Fictie | Reacties uitgeschakeld voor Van de zonnehandel