Een bevoorrecht mens

Honderd mannenportretten

In levenden lijve of als In Memoriam.

Joost Prinsen is de jongste niet meer. Wie dát gegeven optelt bij zijn veelbewogen carrière komt vanzelf tot de conclusie dat deze acteur en schrijver honderden mensen ontmoet of heeft ontmoet. Prinsen heeft een aantal van hen kort geportretteerd, in het aantal woorden dat zijn wekelijkse column in het Haarlems Dagblad hem toestond. De meesten van de gefigureerden hadden een biografie verdiend, zoals iedereen die het grauw ontstijgt. In dit boek staan honderd van die kleine portretten bij elkaar. Een mooie galerij, het maakt het kiezen lastig. We doen en greep.

Allereerst het portret van sigarenhandelaar – en vader van drie gerenommeerde journalisten – Van Westerloo. De winkelier had altijd journalist willen worden, zie wat de invloed van zo’n vaderlijke droom op de beroepskeuze van de zoons is geweest. Maar daarover schrijft Joost Prinsen niet. Hij haalt deze herinnering op in 2019, ten tijde van het overlijden van de zoon Ed van Westerloo.

Ergens in de jaren vijftig werd zijn vader gebeld door een relatie bij het ANP. De man vertelde hem dat het kabinet gevallen was. Dat gebeurde ook toen ja. Vader Van Westerloo pakte een stuk papier, schreef daar met chocoladeletters op: KABINET GEVALLEN en plakte het papier op de winkelruit. Toen zei hij tegen zijn vrouw: ‘Zo, dat hebben we eerder dan De Volkskrant’. Ik kon het niet laten dit portret van Joost Prinsen uit zijn boek te pikken, actueler kan niet.

Jaap van Zweden

Een ander, meer willekeurig gekozen: Joost Prinsen verhaalt dat hij eens heeft opgetreden met Jaap van Zweden, waarom en hoe dat in de uitzending paste staat hem niet meer precies  voor ogen. Wel weet hij nog dat Van Zweden op zijn Stradivarius zou gaan spelen, en dat hij als een twaalfjarige had gevraagd: ‘Mag ik hem even vasthouden?’ Dat vond Van Zweden onmiddellijk goed. Terwijl ik trillend met die viool in mijn handen stond, zei hij: ‘Laat hem in godsnaam vallen. Hij is voor twee miljoen verzekerd!’ U begrijpt dat Jaap van Zweden bij mij geen kwaad meer kon doen.’ Mooi verhaal.

Auteur

Joost Prinsen (1942) volgde zijn opleiding aan de Toneelschool in Amsterdam. Hij startte zijn carrière in 1969 bij Wim Sonneveld in de musical De Kleine Parade als de schilder Jollema. Prinsen speelde in ontelbare toneelstukken, musicals en televisieseries. Hij was ook docent aan de Kleinkunstacademie. Hij speelde in een groot aantal tv-series, als Erik Engerd uit de Stratemakeropzeeshow staat hij kinderen en ouders van toen voorgoed in de herinnering gegrift.

Prinsen is acteur, presentator, zanger en schrijver. Het is onmogelijk alle veren op zijn hoed te steken die daar voor zijn prestaties horen te staan. Wel wil ik nog even zijn rol noemen als quizleider van het tv-programma in Met het mes op tafel. Prinsen stopte daarmee na vierhonderd afleveringen wegens ziekte van zijn vrouw. Hij is columnist voor verschillende kranten en tijdschriften. De portretten uit dit boek komen bijna allemaal uit het Haarlems Dagblad. De eerste bundeling daarvan was in 2020 Mijn vrouw pikt zeepjes. Na het overlijden van zijn vrouw volgde de bundel Na Emma.

De honderd mannenportretten zijn allemaal liefdevol geschreven. Prinsen schrijft over bekende en onbekende mannen, vaak ook schrijft hij een In Memoriam als het bericht van iemands overlijden nog ‘vers’ is. Hij gedenkt vaak vakgenoten, BN’ers van het beschaafde soort met wie Prinsen samen speelde of van wie hij wijze lessen leerde. Een groot genoegen om te lezen.

Ik ga verder geen namen noemen, dan sla ik onterecht andere geportretteerden over. Lees en herken en neem van mij aan: wie zo wordt getekend is blij. En hetzelfde geldt voor de lezer.

Joost Prinsen –Een bevoorrecht mens. ISBN 9-789-038-81-309-7. 239 pagina’s. € 18,50. Amsterdam: Nijgh & Van Ditmar 2023.

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Columns. Bookmark de permalink.