Russische poppetjes

Niet alleen Corona blijkt een moordenaar

Sombere inspecteur vindt jonge streber aan zijn zijde.

Als in China een onbekend virus de kop opsteekt breekt in het Westen bepaald geen paniek uit. Een ver-van-mijn-bed-show immers? Tot blijkt dat het Coronavirus – zoals de zoönose heet – niet alleen met een noodvaart wél dichtbij het westelijk bed komt, maar daarin ook vele duizenden tot de dood brengt. Een pandemie die de wereld jaren in zijn greep zal houden is een feit. In veel landen wordt een lockdown afgekondigd, een maatregel die tot benauwenis leidt en agressie bij mensen oproept.

Dat geldt ook voor Knokke. De politie van die stad krijgt met steeds meer problemen te maken. Op een dag treft een glazenwasser een bejaarde man, Isidoor Colpaert, in gewonde toestand op een bankje aan. Hij waarschuwt de politie. De oude is er ernstig aan toe, maar beweert desondanks dat niet een ander hem dat heeft aangedaan, maar dat hij is gevallen. De politie krijgt er geen zicht op hoe de zaak zich werkelijk heeft toegedaan.

Intussen tracht de nieuwe korpsoverste van Knokke, Theofiel Mangels, zicht te krijgen op de puinhoop aan administratie en papieren die hij voor zich heeft. Het is de erfenis van de interim die hem is voorgegaan, Luk Borré, die kennelijk niet had geweten wat hij aan moest met de handel. Als hij Borré daarover ter verantwoording roept tracht deze zich te verontschuldigen. Hij was interim tegen wil en dank geweest en de klus had hem mateloos tegengestaan. Zozeer, dat hij momenteel tegen een depressie aan zat. Tot overmaat van ramp ging Mangels tegen hem tekeer alsof hij een misselijke schooljongen was in plaats van een gerespecteerd rechercheur. Burgemeester Lippens had hem altijd hoog gehad. Aangezien Mangels ziet dat Borré niet op zijn best is wijst hij hem een collega toe om mee samen te werken, de jonge en ambitieuze Walter Bekaert. Het is het begin van een turbulente tijd. Want de bejaarde Isidoor is wel de eerste, maar beslist niet de laatst die in criminele handen valt. En het vreemde is dat degenen die na hem zijn mishandeld, evenmin als Colpaert  aangifte willen doen en áls zij het doen, trekken zij de aangifte kort daarna weer in. Wat zit daar achter? Een bende? Chantage? Internationale contacten? Drugs, onroerend goed-magnaten, afrekening, homejacking, geld-witwasserij? De rechercheurs hebben het al zwaar genoeg met de stadsagressie rond de lockdown van Corona, nu krijgen ze een keten aan mishandelingen bij. En dat bovenop Borré’s depressie…

Auteur

Jos Pierreux (1957) heeft jaren in de bouwwereld gewerkt. Daarnaast schreef hij van tijd tot tijd. Dat beviel hem uitstekend. Daarom besloot hij in 2012 full time schrijver te worden, toen hij zijn schaapjes op het droge had. In 2004 schreef hij zijn eerste misdaadroman met inspecteur Luk Borré. De inspecteur figureert inmiddels in achttien boeken. De schrijver werd vier keer genomineerd voor de Hercule Poirotprijs en ontving die tenslotte in 2018 voor zijn misdaadroman Niets is erger dan spijt. Dat boek heeft een sterk autobiografisch karakter, omdat de auteur er de strijd in verwoordt om de euthanasie van zijn moeder. ‘Een tour de force’ prees de jury.

‘Russische poppetjes’ is een ingewikkeld complot dat knap ontrafeld wordt. Houd de hersens erbij en lees het zoveel mogelijk achter elkaar om de draad niet kwijt te raken. Een aangenaam verpozen, ondanks dat Luk Borré niet altijd een aangenaam mens blijkt te zijn. Maar voor de afwisseling is dat wel eens aardig, niet elke rechercheur hoeft uit te blinken door zijn menslievend karakter.

Veel genoegen hiermee.

Jos Pierreux – Russische poppetjes. ISBN 9-789-464-3400-20, 376 pagina’s. € 22,50. Antwerpen: Uitgeverij Vrijdag 2021.

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Deel van een reeks, Detective / Thriller. Bookmark de permalink.