Nee / Je weet hoe vossen zijn

Arnon Grunberg tijdens 4 en 5 mei

Het Nationaal Comité 4 en 5 mei heeft Arnon Grunberg gevraagd de toespraak in de Nieuwe Kerk te verzorgen voorafgaand aan de herdenking. Tevens is hem verzocht ter gelegenheid van 75 jaar vrijheid een jubileumuitgave te verzorgen. Hij verzamelde gedichten over vrijheid van tien verschillende dichters

Nee

De toespraak op 4 mei.

Sommigen vinden het langzamerhand wel welletjes om bevrijding te vieren: we kennen de verhalen nu wel en het is een ritueel met veel gemeenplaatsen. Grunberg benadrukt dat herdenken noodzakelijk is omdat er nog vaak kennis ontbreekt over wat er echt gebeurd is.

We moeten luisteren naar het verhaal van de overlevenden. We moeten ook namens de doden spreken. Als voorbeeld noemde hij de memoires van Filip Müller die in Auschwitz moest meewerken een Sondercommando. Deze vertelt enkele gruwelijke verhalen. De schrijver S. Dresden vertelt over vrouwen en kinderen die in een kuil werden geschopt. Een Nederlanse gevangene moest kerosine in de kuil gooien. Hij riep luidkeels: Nee, nee. Vervolgels werd hij zelf in de vlammen getrapt.

In Nederland is nog steeds sprake van antisemitisme. Grunberg ondervindt dat zelf als columnist van een dagblad. Hij ontvangt regematig antisemitische e-mails. Laat het ‘nee’ van de Nederlander in Auschwitz een waarschuwing zijn.

Je weet hoe vossen zijn

Tien gedichten over vrijheid.

In zijn voorwoord bespreekt Grunberg het woord vrijheid. Dit begrip wordt door veel mensen verschillend ingevuld. Zijn moeder zong vaak Die Gedanken sind frei. Ze bedoelde daarmee dat vrijheid vooral betekent dat er sprake is van afwezigheid van lijden.

Bij Søren Kierkegaard gaat het om het ontbreken van vertwijfeling, daarbij kan het christelijk geloof helpen. Het ligt voor de hand om vrijheid te zien als vrij zijn van totalitarisme of vrij zijn van politieke kwalen als fascisme. Arnon Grunberg heeft vier gedichten zelf gekozen, de rest is geselecteerd door zes andere Nederlandse dichters.

Het eerste gedicht is van Herman Gorter. Het is een futuristisch gedicht. Gorter was een socialist die een ideale samenleving nastreefde.

dat zij niet slaaf zijn van andere menschen

maar dat zij tesamen als even macht’ge

de aarde beheerschen

…………………………………………………..

eindlijk genieten als vrije menschen

en van hun hartstochten en van hun lichamen

Vrijheid geeft in het algemeen een goed gevoel. In slechts vier gedichten is hiervan sprake. Bij Herman Gorter was dat ook het geval. De leuke van Arthur Rimbaud vertelt over een spontaan optreden. Een serveerster laat zich onbevangen kussen. Ze is niet geremd, ze voelt zich vrij om zo te handelen. Van Fernando Pessoa is een prachtig romantisch gedicht opgenomen. Twee verliefde mensen zitten bij de rivier. Ze gaan niet vrijen, ze willen vrij blijven.

Beminnen wij elkander kalm, bedenkend dat wij,

    Als we wilden,

Elkaar zouden kunnen kussen, strelen en

  Omhelzen,

Maar dat het beter is te blijven zitten naast elkaar

   En

     De rivier te horen en te zien.

In Meeuwen van Judith Herzberg gaat de hoofdpersoon op zoek naar de meeuwen in de haven. Zij symboliseren voor haar de vrijheid.

De overige gedichten hebben over het algemeen een sombere sfeer. Ellen Deckwitz schrijft over een vrouw die voortdurend op de loop is. Ze durft geen binding aan te gaan.

Laat me asjeblieft door.

Laat me nooit de waarheid zeggen,

als ik dat doe komt er een vos in me op

en je weet hoe vossen zijn die maken meer kapot

dan ze op kunnen, laat me toch lopen.

laat dat mijn vrijheid zijn.

Nelly Sachs spreekt over vluchtelingen die vrij zijn maar geen nieuw thuis kunnen vinden.

Wereld, vraag niet de doodontrukten

waar ze naar toegaan,

ze gaan altijd hun graf tegemoet.

Het somberste gedicht dat zelfs een grimmige sfeer heeft is van de Poolse dichter Tadeusz Rozewicz Postume rehabilitatie. De doden richten zich tot de levenden met verwijten. Er is vrijheid, maar die is duur gekocht.

Past deze bundel met tien fraaie gedichten bij het 75-jarig jubileum van de bevrijding? De gedichten zijn vaak somber. We vieren de vrijheid en daarbij past wat meer blijheid. De gedichten zijn op enkele gedichten na ook vrij moeilijk, niet erg toegankelijk. Alleen geoefende gedichtenlezers zijn in staat om er het thema van de vrijheid in terug te vinden.

Mooie, maar lastige gedichten over vrijheid.

Arnon GrunbergNee / Je weet hoe vossen zijn. Dubbeluitgave. ISBN 978-90-5965-526-3, 16 + 34 pagina’s. Amsterdam: Nationaal Comité 4 en 5 mei / Stichting Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek 2020.

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Tweede Wereldoorlog. Bookmark de permalink.