De catalograaf

Freelancen na pensioen

Op zoek naar de waarde van het leven.

Als Edgar te midden van zijn bijna ex-collega’s met hen proost op zijn ‘welverdiende rust’ na vijfenveertig jaar arbeid als catalograaf, is zijn lach gemaakt, zijn vreugde gespeeld. Inderdaad hij zal niet langer ‘loonslaaf’ zijn en als ‘vrij man’ zelf zijn tijd kunnen indelen, maar dat is nu juist het laatste waar hij zin in heeft. Hij houdt van zijn werk, hij is gehecht aan zijn collega’s, de ledigheid die hem wacht ziet hij met afschuw tegemoet. Na het festijn vertrekt hij zo gauw mogelijk naar zijn buitenhuisje in Groet. Daar komt hij op zijn wandeling kort na aankomst een man tegen. Meneer Charles. En die biedt hem een freelance karwei als catalograaf aan. Edgar neemt het aanbod gretig aan.

Een catalograaf als Edgar – en zijn voormalige collega’s – heeft tot taak zeldzame, jonge, oude, merkwaardige, curieuze of wetenschappelijke zaken te catalogiseren. Een taak die grote precisie vereist, want ooit zal een zoeker afhankelijk zijn van de nauwkeurigheid van degene die het boek of het voorwerp wat hij zoekt heeft beschreven. Fouten maken is uit den boze, dat maakt dat zo’n werk voorgoed spoorloos is. Catalografen zijn dan ook uiterst nauwkeurig werkende vakmensen, velen hebben een eigen specialiteit opgebouwd.

Meneer Charles vraagt Edgar voor het catalogiseren van een collectie automata. Dat zijn mechanische mensen, dieren, instrumenten, landschappen, je kunt het zo vreemd niet bedenken. Hij verzamelt ze en met hem duizenden mensen in de hele wereld. Edgar besluit het karwei op zich te nemen. In Charles’ huis ontmoet hij Maria, diens assistente en Maurits die de collectie fotografeert. Het blijkt dat de automata naar de veiling gaan en juist daarvoor is Edgars werk van belang: Charles moet de stukken nauwkeurig kunnen presenteren. Edgar is gefascineerd door Maria.

Auteur

Diana Tjin (1961) is geboren in Amsterdam uit Surinaamse ouders. Ze studeerde Klassieke Talen aan de Universiteit van Amsterdam. Ze werkt als Erfgoed catalograaf bij de Universiteitsbibliotheek. Haar Surinaamse afkomst speelt een rol in haar romans. Ze debuteerde in 2017 met Het geheim van mevrouw Grünwald. In 2018 verscheen haar coming of age-roman Een Bijlmerliedje.

Edgar kijkt veelvuldig terug op zijn leven. Hij groeide op met een moeder die regelmatig aan zulke zware depressies en stemmingswisselingen leed dat ze moest worden opgenomen. Zijn vader bleef hij trouw zien. Buurvrouw tante Aaltje hield een oogje in het zeil bij het gezin, zorgde voor eten, ving Edgar op, was troostend en sussend aanwezig. Gelukkig in de liefde was Edgar niet. Na moeders overlijden woont hij alleen in het ouderlijk huis. Hij piekert en kijkt terug. Zou Maria hem eindelijk toekomst bieden? En wat moet hij met zijn afkomst als Surinamer en tevens Portugese jood? Daarvan zou hij meer willen weten.

Waarom Tjon haar mooie bespiegelende roman als ondertitel Een liefdesgeschiedenis meegaf, is mij een raadsel. Is Edgar dan levenslang op weg of op zoek naar de liefde? Nee, hij staat in het leven veelal langs de zijlijn en neemt zo weinig aan alles deel dat hij altijd een toeschouwer blijft. Wel hoopt hij op een kans… Dat maakt dit boek niet minder. De ondertitel schept hooguit wat verwarring.

Dit is een mooi, bespiegelend boek, zorgvuldig van taal en stijl. Niet alleen dat: ook  fascinerend om te lezen wat een catalograaf doet, een bijzonder beroep waarvan ik nog nooit had gehoord.

Diana Tjin – De catalograaf. Een liefdesgeschiedenis. ISBN 978-90-6265-794-0, 233 pagina’s, € 18,50. Haarlem: In de Knipscheer 2020.

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Fictie. Bookmark de permalink.