Monument voor Maartje

Eerbetoon aan strijdbare dochter

Maartje van Winkel zal haar vijftiende verjaardag niet halen; haar Afghaanse hartsvriendin, die net zo graag als zij arts wilde worden, zal worden uitgezet. Voor de doodzieke tiener is één en één twee: dan kan Derakshan toch mooi haar plaats innemen?

Maartje schrijft brieven aan de toenmalige minister van Vreemdelingenzaken Rita Verdonk, zelfs koningin Beatrix smeekt ze voor haar dood in 2005 nog om hulp. Het mag allemaal niet baten. Drie jaar later mag Derakshan in het kader van een generaal pardon toch in Nederland blijven.

 

Auteur

Judith Koorn, werkzaam geweest in het onderwijs, heeft haar woord gehouden. Haar dochter heeft haar gevraagd een boek te schrijven als ze er niet meer zou zijn. Maartje wist ook al een titel. Als ik toch blijf leven, wat ik hoop natuurlijk, dan moet het heten: ‘Heel lang en heel gelukkig’ en anders ‘Niet zo lang maar wel zo gelukkig’. Het is de ondertitel geworden van het boek, waarvan de opbrengst is bestemd voor onderzoek naar het Ewing-sarcoom.

In haar rug, in haar benen; meer dan zes jaar lang loopt de levenslustige Maartje met pijn. Wisselende klachten die de artsen en specialisten niet kunnen duiden en tot grote ergernis van haar radeloze ouders als psychisch worden afgedaan.

Zo goed en zo kwaad als het gaat blijft de vwo-leerling sporten, speelt ze viool en maakt ze plezier met haar vriendinnen. Met klasgenootje Deraksahn, een vluchtelinge uit Afghanistan, krijgt ze een bijzondere band. De meiden zijn slim en hebben maar één droom: arts worden.

Helaas is dat niet weggelegd voor Maartje, want als ze dertien is constateert een orthopeed na een spoedconsult vanwege ernstige pijnklachten dat zij een zeldzame vorm van botkanker heeft met uitzaaiingen. Even lijken de chemotherapie en de bestralingen aan te slaan. Maar in de herfst van 2004 wordt duidelijk dat Maartje niet meer beter wordt.

Vanaf de diagnose beseft de tiener dat het een zaak is van leven of dood. Ze wilde leven! ‘Mamma, heb ik iets verkeerds gedaan? Waarom krijgt een kind nou kanker? En weet je wat ik nog erger vind? Dat er in het kamertje naast ons een baby ligt met kanker.

Maartje was een toonbeeld van liefde, schrijft haar moeder. Nee, je was geen engel, je had pit en je kon driftig worden net als ik. Maar je wilde alles en iedereen helpen en de wereld een stukje beter maken. Zo springt ze ook nog in de bres voor Derakshan, want Maartje kon niet tegen onrecht. En met die actie, waarbij ze haar school betrekt, haalt ze het Jeugdjournaal. Rita Verdonk is zelfs nog bij haar thuis geweest. Als de minister zonder een positieve beslissing vertrekt staat Maartje nijdig bij de kliko. Wat moet ze nou met die bloemen?

Maartje is niet bang voor de dood, maar wel bang om te sterven. Op 25 april 2005 overlijdt ze thuis. De avond ervoor, gekweld door hevige spiertrekkingen aan haar verlamde linkerkant, roept ze nog tegen haar ouders en zus: ‘Ik hou zo van jullie! Geen cake op de begrafenis!’ Vier dagen lagen ligt de kleurige lappendeken, die haar klasgenootjes drie weken eerder voor haar hebben gemaakt, op haar kist.

Het leven van Maartje wordt prachtig beschreven, opgesierd met foto’s vanaf haar geboorte. Maar het monument is ook een aanklacht tegen de falende diagnostiek geworden. Voor het boek heeft haar moeder later met alle betrokken artsen gesproken. Ook met de specialist die Maartje heeft doorverwezen naar een psychiater. Hij heeft beloofd zijn nu aangevulde inzichten over het stellen van diagnoses en het luisteren naar patiënten door te geven in zijn lezingen.

De arts die uiteindelijk de diagnose heeft gesteld, kan er met zijn pet nog niet bij dat de botkanker, die nota bene is begonnen in Maartjes rug, niet eerder bij haar is ontdekt. In mijn studie is er altijd op gehamerd: luister naar de moeder!

Derakshan Beekzada is arts geworden, ze wil zich specialiseren in oncologie. In interviews vertelt zij dat er geen dag voorbijgaat dat ze niet aan haar jeugdvriendinnetje Maartje denkt.

Judith Koorn – Monument voor Maartje. ISBN 978-90-8548-433-2, 223 pagina’s, € 20,00. Amsterdam: Uitgeverij GigaBoek 2018.

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Biografie, Ziekte en dood. Bookmark de permalink.