Ons gaat het in ieder geval nog goed

Kroniek van een Nederlandse familie in Oost-Pruisen (1920-1946)

Brievenschat brengt geschiedenis tot leven.

De Rotterdamse stoffenhandelaar Michiel Hoogendijk besluit in 1922 het roer om te gooien. Hij koopt het grote landgoed Schakenhof in de Duitse provincie Oost-Pruisen (nu opgedeeld tussen Polen en Rusland) en vertrekt met zijn vrouw Johanna en hun vijf jonge kinderen oostwaarts. Het blijkt een goede stap. Het land is vruchtbaar, Michiel fokt merries en houdt koeien en varkens, er zijn een smederij en een houtzagerij en het gezin – er worden nog twee kinderen geboren – leeft in geluk en weelde. Toch besluit Michiel dat de familie de Nederlandse nationaliteit houdt. En dat heeft gevolgen.
Als Hitler zich gaat roeren is Michiel bevreesd dat zoon Pieter als inwoner toch in Duitse dienst zal moeten. Hij adviseert hem naar Nederland te gaan en Rechten te gaan studeren. Vanaf die dag (1937) krijgt Pieter van moeder en vader, zijn vijf zusjes en zijn broer via brieven uitgebreid te horen hoe het leven ervoor staat. De meisjes, immers al als kind verhuisd, zijn Duitser dan hun ouders en worden volledig geïndoctrineerd in de leer van de Heil-staat van Hitler. Als drie van hen besluiten een Duitser te trouwen, weigert Michiel zijn toestemming te geven. De schoonzoons in spe hangen idealen aan die hij verafschuwt, hij gaat zijn dochter niet aan hen uitleveren. Daarmee ontstaan de eerste scheuren in de familie, want de meisjes volgen het pad van de liefde. Moeder Johanna lijdt onder de scheiding van haar kinderen, maar – zoals het ging in die tijd – haar man bepaalde de wetten van leven en zij volgde hem gelaten. Pieter krijgt in Amsterdam nieuws van iedereen, elk schrijft haar of zijn verhaal naar eigen kleur. Hij bewaart al die brieven. Na zijn vrij jonge dood in 1973 gaan ze naar Cobi, zijn enige zus die na de oorlog ook in Nederland is komen wonen.

Auteur

Ingrid Hoogendijk (1948) heeft al een carrière in het bedrijfsleven achter de rug als zij in 2004, bij de dood van Cobi, in het bezit komt van de familiebrieven van haar vader Pieter. Pieters kinderen hadden nooit naar de oorlog gevraagd, hun vader vertelde er niet over. De brievenschat wekte de interesse nu wel op. Ingrid Hoogendijk deed jarenlang onderzoek naar het verleden van haar ‘Duitse’ familie. Ze wist de brieven naar waarde te schatten en plaatste ze zo in kaders dat elke briefschrijver tot leven kwam.

Michiel Hoogendijk verkeert in de veronderstelling dat hem en zijn gezin niets te duchten valt als er oorlog komt. Tenslotte hebben zij neutrale Nederlandse paspoorten. Maar wie oorlog voert, doet niet aan regels. Michiel wordt verplicht een deel van zijn oogsten en de opbrengst van zijn dieren aan de overheid af te staan. Zijn tot dan toe welvarende bedrijf brengt niet genoeg meer op om de honger buiten de deur te houden. Zijn dochters brengen hun kroost naar het landgoed – daar zijn ze veilig en krijgen ze te eten – en lopen zelf gevaar in de steden waar gebombardeerd wordt. Beetje bij beetje verliezen zelfs de meest fanatieke Duitsers hun vertrouwen in de Endsieg, Duitsland zal niet zegevieren maar smadelijk ten onder gaan.

Uiteindelijk volgt de intocht van de Russen. Families en gezinnen slaan op de vlucht, worden mishandeld, gedood, verkracht, gemarteld, hun huizen en dorpen worden platgebrand. Ook de leden van de familie Hoogendijk ontkomen niet aan dit lot. Niemand weet meer waar de ander is, wie er waar nog leeft. Maar Pieter zit in Holland, hem kunnen zij tenminste schrijven. Tot ook Pieter niets meer laat horen.

Na aanvankelijk te hebben moeten wennen aan de luisterrijke verhalen van een familie vol geluk en weelde, sluipt het onbehagen dit boek binnen. En dan krijgt de lezer te maken met de merkwaardige omdraaiing in een oorlogsverhaal waarin de Duitser niet de kwade genius is, maar, net als de Hollander slachtoffer. Er vallen doden, gezinnen worden dakloos door het bommengeweld, er wordt honger geleden, iedereen snakt naar vrede…. En dan heeft men het niet over die arme Nederlanders, maar over die arme Duitsers. Goed om zo’n verhaal eens vanuit dat standpunt te kunnen lezen.

Een boek dat je ademloos uitleest omdat die uitgebreide familie Hoogendijk lezenderwijs eigen familie wordt. Mooie familiefoto’s erbij.

Ingrid Hoogendijk – Ons gaat het hier in ieder geval nog goed , een Nederlandse familie in Oost-Pruisen 1920-1946. ISBN 978-94-0040-535-6, 415 pagina’s, €22,99. Amsterdam: Thomas Rap 2018.

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Geschiedenis, Tweede Wereldoorlog. Bookmark de permalink.