De Vikingen

Een andere wereld

250 jaar lang trokken Scandinavische volkeren plunderend door Europa. Wat dreef hen?

Op kerstavond van het jaar 800 werd Karel de Grote door de paus tot keizer gekroond. Hij heerste over grote delen van Europa, waaronder het toen uitgestrekte Frankische rijk. Karel was ongetwijfeld de machtigste man van de christelijke wereld.

Weinigen beseften dat in het noorden volken leefden die om allerlei redenen stonden te trappelen om het Europa af en toe knap lastig te maken. Dat waren de Vikingen, afkomstig uit Scandinavië. Ze zouden met hun wendbare, open boten uitzwermen langs de kusten en niet aarzelen via de rivieren diep het land binnen te trekken. Hun doel was buit en krijgseer.

Langs de kusten van West-Europa zouden ze rond Spanje zeilen en de Middellandse Zee bevaren. Naar het oosten zouden ze via Rusland de wereldstad Constantinopel bereiken. Ze zouden de Britse eilanden veroveren en zich daar vestigen en uiteindelijk op eigen gebied de staten Noorwegen, Zweden en Denemarken gaan vormen.

Dit gebeurde van 750 tot 1050. Toen keerde de rust terug en voegden ze zich bij Europa. Bekering tot het christendom zal daarbij van grote invloed zijn geweest. De religie der Vikingen was zo fascinerend en invloedrijk dat we de namen van de vier mythologische dwergen die ons firmament vasthouden terugzien in onze windstreken. De Vikingen noemden hen Austri, Vestri, Nordri en Sudri. Vier van onze weekdagen zijn vernoemd naar hun goden.

Geen ander volk zwierf ooit zo uit over Eurazië. Ze bezochten veertig landen en vijftig culturen. Hun kracht lag in hun lange schepen met weinig diepgang en het zeil als krachtbron. Wanneer de wind meezat, kon men vanuit Noorwegen binnen twee weken op en neer naar de Britse eilanden varen. Een Vikingvloot kon gemakkelijk uit 200 schepen bestaan. In Scandinavië onderhield men strak geleide bosplantages om het juiste hout voor de scheepsbouw te verkrijgen en men beschikte over grote kuddes schapen om van de wol zeilen te maken.

De plundertochten van de Vikingen waren wreed en bloedig. De onbeschermde kloosters en onverdedigde overslaghavens bleken meestal gemakkelijke prooien. De grootste overslagmarkt van Europa was het Friese Dorestad, vlakbij Utrecht. Na vier keer achtereen volledig gebrandschat te zijn heeft men de stad nooit meer herbouwd.

Voor het maken van de zeilen had men slaven nodig. De Vikingen hielden er een actieve slavenhandel op na. Het was onderdeel van hun economie. Zo werden vrouwen gedwongen in stoffige donkere ruimtes te spinnen en te weven tot ze blind waren. Het maken van de zeilen was slavenarbeid. Rond het jaar 1000 was een miljoen vierkante meter zeildoek nodig voor de vloot. Dat vroeg een jaarproductie van twee miljoen schapen.

Toch is het beeld van ‘harige barbaren’ niet juist. Vikingen hielden van versiering en verzorging. Ze waren heel precies wat hun verschijning betrof.

Bij de overvallen ging het niet alleen om materieel gewin, maar waren roem, moed en prestaties evenzeer in het geding. De Vikingen schrokken voor niets terug. Ze vielen met 120 schepen Parijs aan en wisten onder zware militaire druk 7000 pond goud en zilver af te troggelen als voorwaarde de stad verder met rust te laten.

 

Auteur

Neil Stuppel Price (1965) is een Engelse archeoloog die momenteel hoogleraar is aan de Universiteit van Uppsala in Zweden. Zijn boek over de geschiedenis van de Vikingen is niet alleen informatief en beschrijft overtuigend hoe de Vikingen tot hun handelen kwamen, maar is ook erg leuk en griezelig om te lezen.

 

 

Het gaat over hun gevijlde tanden, de oogschaduw, de seksmagie, de bloedige offers, hun vlijmscherpe wapens, de vrouwelijke tovenarij en ook krijgersvrouwen. De lezer krijgt daarnaast inzicht hoe de Vikingen aankeken tegen al die hun vreemde volken.

De Vikingen blijven echter gewelddadig en dodelijk en de auteur is duidelijk over hun centrale rol in de slavenhandel. Daarbij neemt Price een onverschrokken standpunt in bij het confronteren en ontmaskeren van het aanroepen van de Viking-erfenis door neonazi’s en blanke racisten.

Dit goed leesbare handboek is een uiterst waardevol document over een bijna vergeten wereld waartoe ook ooit ons land behoorde. Een onverbiddelijke aanrader voor wie belangstelling heeft voor het Europese erfgoed.

Neil Price – De Vikingen. Vertaald uit het Engels (Children of As hand Elm) door Roelof Posthuma. ISBN 978-90-468-2711-6, 592 pagina’s, € 39,99. Amsterdam: Nieuw Amsterdam 2020.

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Europa, Geschiedenis. Bookmark de permalink.