De kaasfabriek

1892 en tóch een vrouw als fabrieksdirecteur

Sterke moeder, sterke dochter, vrouwen van stavast.

Als Lydia Oorthuys, een paar maanden na de dood van haar vader, in het buitenhuis Welgelegen bij Purmerend – dat sinds de dood van haar ouders haar eigendom is – de sleutel vindt van vaders bureau, gaat ze diens papieren doorzoeken. Tot haar verbazing ontdekt ze daarin uitgewerkte plannen, berekeningen en offertes voor roomcentrifuges en stoommachines. Haar vader is rijk geworden met grondspeculaties, nu lijkt het erop dat hij op bijna zeventigjarige leeftijd een kaasfabriek had willen beginnen. En niet zomaar een, maar een hypermoderne, gedreven op stoommachines. Zijn plannen gaan steeds meer voor haar leven. Eén ding begrijpt ze niet, Vader wist toch niets van kaasmaken…? En dan ziet ze verderop in de aantekeningen dat hij Huib Minnes als bedrijfsleider had willen aantrekken. Wist Minnes daar zelf al van? Lydia gaat bij de boer op bezoek, een vooruitstrevend man die al jaren zijn bedrijf wil moderniseren maar daar helaas het geld niet voor heeft.

De twee komen tot een compagnonschap. Huib levert zijn deskundigheid, Lydia het geld. Ze krijgen ieder evenveel aandelen. In die tijd een waagstuk. Want in 1892 is het nog zo, dat een vrouw geen onderneming mag starten. Mocht Lydia tot trouwen komen, dan wordt haar bedrijfsaandeel bezit van haar echtgenoot. En hoewel Lydia stelt dat ze liever een bedrijf dan een man heeft, is er wel degelijk een gegadigde voor haar want de aardige, adellijke Eduard van Nijenbergh zou dolgraag met haar trouwen. Huib Minnes is ook zeker niet blind voor haar charmes, maar als eenvoudige boer maakt hij geen kans bij zo’n deftige juffer. Zij leven immers in gescheiden werelden? Lydia wordt in haar kringen zowel bewonderd als verguisd om haar zelfstandige leven. Als ze brieven krijgt van oude vriendinnen die haar vragen te komen logeren, besluit ze voor enige maanden terug te gaan naar haar huis aan de Kloveniersburgwal in Amsterdam. Ze moet nadenken over haar toekomst. Want het is kiezen of delen.

Auteur

Simone van der Vlugt (1966) is een van de meest gelezen en veelzijdige schrijvers van Nederland. Van haar  thrillers werden meer dan tweemiljoen exemplaren verkocht. Haar thrillerdebuut De reünie (2004) werd meteen genomineerd voor de NS Publieksprijs. Van der Vlugt begon in 1995 met het schrijven van historische jeugdromans, haar eerste was De amulet. Zij schrijft boeken voor de jeugd, voor het basisonderwijs, voor kleuters en voor volwassenen. In 2004 kwam ook haar eerste historische roman voor volwassenen uit, Jacoba, Dochter van Holland. Over de ontstaansgeschiedenis van Delfts blauw verscheen Nachtblauw. Ook schreef zij twee heerlijke boeken over Portugal (Fado e festa) en Vlaanderen (Friet & Folklore), beide geïllustreerd met prachtige foto’s door haar man Wim van der Vlugt.

Simone ontving vele prijzen. Haar werk wordt in zestien talen vertaald. Omdat zij dit jaar haar 25-jarig jubileum als schrijfster viert, staat zij in de negentiende-eeuwse kleding van Lydia op het omslag.

Als Lydia na enige maanden terugkomt uit Amsterdam is de hele wereld veranderd. Lydia is in verwachting. Ze besluit het kind alleen op te voeden. Niet omdat de toekomstige vader dat wil, maar als eigen keuze. Ze zal directeur blijven van de fabriek met Minnes als haar compagnon en tevens zal zij moeder zijn. Zo moet het gaan gebeuren. Zij krijgt een dochter, Nora.

In het tweede deel van De kaasfabriek zijn we beland in 1914. Nora is volwassen, wil gaan trouwen met Ralph Reymaekers en zal zich met haar man in Antwerpen vestigen. Ver van huis, ver van Purmerend, tot Nora’s opluchting. Want moeder en dochter zijn zwaar in conflict geraakt over Nora’s afkomst. Maar dan breekt de Wereldoorlog uit. Moet Nora Antwerpen ontvluchten en toch terugkeren naar het Noorden? Of kiest ze andere wegen?

Dit is zo’n dikke pil die je ademloos uitleest en met een zucht van teleurstelling dichtslaat. Hoe gaat het verder? Je komt het niet te weten. Van der Vlugt schreef haar verhaal op basis van de historie van de Friese kaasfabriek Freia, maar nam daarbij de ruimte haar mensen zélf te scheppen.

Dit is geen gewone historische roman, dit is een heerlijke, verfrissende duik in een boeiend stuk geschiedenis.

Geweldig geschreven. Zó zouden kinderen op school geschiedenisles moeten krijgen. Zo wordt duidelijk wat de Industriële Revolutie betekende, zo krijg je zicht op de rol van de vrouw en de mores van het stadse publiek en de boerenstand rond de eeuwwisseling.

Een dikke tien met een griffel voor een verrukkelijke historische roman, eigentijds en vol leven beschreven.

Simone van der VlugtDe kaasfabriek. ISBN 978-90-2635-163-1. 401 pagina’s, €22,99. Amsterdam: Ambo | Anthos 2020.

Dit bericht is geplaatst in 'Faction', Alle Boeken. Bookmark de permalink.