Boodschappen zonder leesbril

Scherpe blik met een brede lach

Te oud om kinderen te krijgen.

Sinds jaar en dag schrijft ze over stad en land, eten en drinken, huisgenoot P., gezin en over actualiteiten die ze – soms bijna en passant – van snedig commentaar voorziet. Neem deze onderwerpen, mix ze met de trivialiteiten waarmee eenieder te maken heeft, steek ze in een fraai taalkundig jasje en je hebt als lezer een fraaie column. Zo’n tekst die je breed lachend leest, waarbij je soms een schok van herkenning krijgt en soms zelfs enigszins schichtig denkt: ‘Kan dat mens mijn gedachten lezen?’ Nee, dat kan ‘dat mens’ niet.

Auteur

Dat mens, Sylvia Witteman (1965) startte een studie Nederlands en legde de studieboeken terzijde toen echtgenoot ‘huisgenoot P.’ als Philippe Remarque correspondent werd in Moskou. Ze volgde in zijn kielzog naar Berlijn, De Haag en Washington en ging na terugkomst in Amsterdam voor de Volkskrant en Libelle schrijven. Aanvankelijk verbleef ze daarbij in de culinaire hoek, maar ze breidde haar terrein uit. Ze schreef als debuut in 1998 met Thomas van den Berg Simon Carmiggelt, een levensverhaal.

Witteman beschikt over een pen die gedoopt is in ambrozijn, soms vermengd met het gif van bittere amandelen. In dit boekje, alweer haar negentiende bundel, steekt ze de draak met zichzelf, haar gezinsleven, met u en met mij.

Wie een boek vol columns leest kan moeilijk een samenvatting van de inhoud geven, het is tenslotte geen themabundel. Wat wel kan is bewonderend wijzen op van die heel fraaie ‘Carmiggelt-zinnetjes’, van die rake beschrijvingen van mensen als: De vrouw vervoerde haar blozende theemuts-gestalte met behulp van een rollator of, uit dezelfde column, nadat de vrouw haar man opdracht gegeven heeft bij de slager binnen ‘mooie sukadelappen te kopen’ waarop haar echtgenoot vraagt: Mooie lappen? Hoe kan ik nou weten of het mooie lappen zijn? Hangen ze dan in een lijstje of zo? Witteman speelt voor goede engel en adviseert de man, terwijl zijn vrouw buiten wacht. Sylvia keurt de lappen goed, wijst op de lappen en steekt haar duim op naar de vrouw. Mijn kleine pantomime deed haar compleet opklaren. Ze grijnsde breed en maakte met haar beide handen op de rollator een paar schuifelende danspasjes. Ziet u het voor u? Wie zo schrijft, schrijft het leven.

Witteman is een bewonderaar van de meester-stukjes-schrijver Carmiggelt. Dat is in haar teksten te merken. Zij weet, net als hij, een roman in een stukje te schrijven, beschikt, net als hij, over een bewonderenswaardig rijke woordenschat die ze zowel vilein als vol mededogen hanteert. Ook haar gevoel voor humor heeft ze van geen vreemde, zo familiair is Carmiggelt haar.

Lees Wittemans stukjes, afkomstig uit de Volkskrant, trakteer uzelf op al haar boeken en geniet van deze waardige opvolgster van de meester. Tot u spreekt een fan van Carmiggelt, en nu een fan van… jawel. Verrukkelijk om te lezen.

Sylvia Witteman – Boodschappen zonder leesbril. ISBN 978-90-3880-779-9, 182 pagina’s, €15,-. Amsterdam: Nijgh & Van Ditmar 2019.

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Columns. Bookmark de permalink.