We moeten dapper zijn

Vondeling in de Tweede Wereldoorlog

Ellen ziet in Pamela haar eigen leven weerspiegeld

Het is december 1940 als er in het dorpje Upton een bus vol vluchtelingen uit het verderop gelegen Southampton arriveert. De inwoners zijn in blinde paniek een bus ingestapt toen hun dorp gebombardeerd werd. Als zij uitstappen ontdekt Ellen Parr, hulpverleenster uit Upton, dat er achterin de bus een klein meisje ligt te slapen dat door niemand wordt meegenomen. Ze blijkt ook bij niemand te horen. Ellen ontfermt zich over de kleine vondeling. Ze ontdekt haar naam en adres in een label in haar kleren, het meisje heet Pamela Pickering. Als Ellen en haar twintig jaar oudere man Selwyn navraag gaan doen blijkt Pamela’s moeder bij het bombardement te zijn omgekomen. Het echtpaar beslist dat Pamela voorlopig kan blijven  logeren. Zij zullen op zoek gaan naar familie die zich over het kind wil ontfermen.

Maar naarmate die zoektocht langer duurt gaan eerst Ellen en langzaamaan ook Selwyn zich sterker hechten aan het kind. Zelf hebben zij geen kinderen, door medische oorzaak. Ellen had zich daarbij neergelegd, maar nu komen er moedergevoelens in haar boven die haar volledig in beslag nemen. Ze is dolgelukkig met het kind, gaat mateloos veel van haar houden. En met die liefde groeit de angst dat er iemand op komt dagen om Pamela op te eisen. Gelukkig laat een Zuid-Afrikaanse tante weten niet geïnteresseerd e zijn. Maar waar is de vader van het meisje, die het gezin volgens Pamela in de steek heeft gelaten? Ze vertelt daarmee het verhaal van haar moeder, maar klopt dat verhaal ook wel?

Ellen en Selwyn koesteren een bange liefde. Pamela is dol op Ellen en Selwyn en de andere mensen die haar omringen en van haar houden. Ellen ziet in het meisje zichzelf terug. Ook zíj verloor jong haar ouders. Er wachtte haar daarna en vreselijke tijd en zij neemt zich hartstochtelijk voor dat dit Pamela nooit zal overkomen. Pamela is daarmee de spiegel van haar jonge jaren. Maar dan verschijnt er opeens een brief en de wereld wankelt.

Auteur

Frances Liardet noemt zichzelf een ‘kind van de kinderen van de Tweede Wereldoorlog’. Ze studeerde Creative Writing aan de universiteit van East Anglia. Daarna studeerde ze Arabisch in Oxford en vertrok als vertaler naar Caïro. Ze woont in Somerset en verzorgt zomercursussen Creative Writing. Haar debuut The Game verscheen in 1994 en werd genomineerd voor de Betty Trask Award. Dit is haar tweede boek. Ze breekt er internationaal mee door.

 

 

Het verhaal over de band tussen Ellen en Pamela in oorlogstijd neemt meer dan de helft van het boek in beslag. Daarna gaat het sprongsgewijs verder en belicht het leven van Pamela elders en van Ellen sporadisch. Tot Pamela in 2010 een bezoek brengt aan haar inmiddels 90-jarige pleegmoeder-van-weleer, die sinds het vertrek van het meisje altijd aan haar gedacht heeft.

Dit is geen historische roman. De schrijfster benadrukt voorin het boek dat de plaats Upton fictief is, maar dat de gebeurtenissen in Southampton wel degelijk hebben plaatsgevonden. De gebeurtenissen tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn waargebeurd. De hoofdpersonen zijn ontsproten aan haar fantasie, maar haar fantasie is gevoed door de werkelijkheid.

Dit is een schitterende roman over liefde en vriendschap, moed en ontberingen. De kracht van een kind staat centraal. De band tussen Ellen en Pamela wordt teder beschreven in beeldende bewoordingen waardoor feiten, geuren en kleuren werkelijk gaan leven.

Een prachtig boek, bijna tot tranen toe ontroerend. Het lezen en herlezen meer dan waard.

Frances Liardet – We moeten dapper zijn. Een ode aan de liefde voor een kind in de chaos van de Tweede Wereldoorlog. Vertaald uit het Engels (We Must Be Brave) door Mariella Duindam. ISBN978-90-4682-524-2, 431 pagina’s, € 22,99. Amsterdam: Nieuw Amsterdam 2019.

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Fictie, Tweede Wereldoorlog. Bookmark de permalink.