Strijd tegen het kwaad
Wanneer de magie aan een volk ontnomen wordt, zal de tirannie heersen. De goden grijpen in.
In het land Orïsha leven de Maji, donkere vrouwen met spierwit haar. Ze waren ooit begiftigd met magische krachten. Elf jaar geleden maakte Saran, de koning der Kosidan, die qua inwoners het meest talrijk zijn in Orïsha, een eind aan het invloedrijke bestaan van de Maji. Hij wist de toverkrachten van deze minderheidsgroep te vernietigen.
Zélie behoort tot de Maji en bezat destijds ook al de magische potentie, maar het meisje was nog geen dertien jaar oud en tot die leeftijd kon de magie nog niet effectief zijn. Ze moest helaas toezien hoe haar moeder, een sterke divîner, zoals de magiërs werden genoemd, uiteindelijk op afschuwelijke wijze door ophanging om het leven werd gebracht. Zélie kan die traumatische gebeurtenis nog steeds geen moment uit haar gedachten bannen.
Sedertdien wordt het volk van de Maji geknecht en leidt een uitzichtloos leven. Tot het moment waarop de goden anders zullen beschikken.
De gebeurtenissen ontwikkelen zich als de koning van de Kosidan, een niets ontziende potentaat, de intieme vriendin van zijn dochter Amari, de divîner Binta laat vermoorden. Het meisje blijkt namelijk over magie te beschikken. Amari ontvlucht het paleis en neemt een geheim perkament met magische spreuken met zich mee. Haar vader is in alle staten en beveelt zijn zoon Inan koste wat koste zijn zuster en wat nog veel belangrijker is, het perkament met toverspreuken op te sporen en terug naar het paleis te brengen. Inmiddels hebben de goden bepaald dat door een toevallige samenloop van omstandigheden Zélie zich in de hoofdstad Lagos bevindt. Haar familie zit aan de grond en ze is erop uit gestuurd om in de stad vis te verkopen. Ze kruist het pad van Amari.
Amari, die in de gaten heeft dat er door een krijgsmacht onder aanvoering van haar broer jacht op haar wordt gemaakt, krijgt Zélie zover dat ze de wanhopige koningsdochter helpt te ontvluchten. In een heftige scene slagen de beide meisjes erin de stad achter zich te laten.
Inan laat het er niet op zitten. Spionnen komen snel aan de weet in welk dorp Zélie woont. Terwijl hij alle woningen brandschat en inwoners over de kling jaagt, ontsnappen Zélie en Amari. Het is het begin van een bijzonder avontuur waarbij voortdurend strijd moet worden geleverd met het kwaad. Spectaculaire acties en dramatische handelingen houden het verhaal in spanning.
Auteur
Tomi Adeyemi (1994) is een jonge Nigeriaans-Amerikaanse schrijfster. Ze gaf het licht aan een mythologisch epos over discriminatie en onderdrukking. Vanuit haar West-Afrikaanse achtergrond schreef ze het eerste deel van de serie The Orïsha Legacy.
Het verhaal beweegt zich met spannende soepelheid in een fantasiewereld. De daar aanwezige strijd om rechtvaardigheid en beteugeling van leed is echter een duidelijke allegorie op bloedige misstanden in de Verenigde Staten.
Dit levert een boek op waarin misstanden verpakt worden in een sprookjessfeer om zo de lezer in het hart te kunnen raken.
Tomi Adeyemi – Bloed en Beenderen. Vertaald uit het Engels (Children of blood and bone, The Orïsha Legacy1) door Angelique Verheijen. ISBN 978-94-027-0108-1, 479 pagina’s, € 17,99. Amsterdam: HarperCollins 2018.