Kindsoldaten, drugs en de wanhoop van de oorlog
Twee moeders zoeken hun zoons die gekidnapt zijn door het kwaad.
Orin Perth is een jonge journalist, zoon van de beroemde oorlogscorrespondente Liz. Als kind nam hij haar kwalijk dat zij dit gevaarlijke vak bedreef, nu treedt hij in haar voetsporen en wel in de gevaarlijkste landen in Afrika. De legers ontvoeren kinderen en transformeren ze tot soldaten. Orin spreek met moeder Christine Lokeka. Haar man is gedood, haar 12-jarige zoon Paul ontvoerd. Orin schrijft een aangrijpend verhaal voor zijn krant en besluit Paul te gaan zoeken.
Maar hij stelt zijn zoektocht uit. Als voormalig drugsverslaafde is hij zo geschokt door wat hij zag dat hij terugvalt in zijn slechte gewoonten en in zijn verslaving onderduikt. Pas daarna zal hij op pad gaan. Intussen vecht zijn moeder Liz thuis tegen de kanker. Ze wil Orin nog één keer spreken, want ze gingen boos uit elkaar. Ze besluit naar Afrika te gaan en haar zoon te zoeken omdat hij niets meer liet horen.
Ook Christine Lokeka gaat op zoek. Ze weet dat Paul in het ‘leger’ van de warlord volledig gehersenspoeld zal worden en zijn moeder niet meer zal kennen. Toch heeft ze de stille hoop dat ze hem tijdig vindt, hem weer met zich mee kan nemen. Wat zij niet weet is dat de krant waarin het verhaal staat dat Orin over haar schreef, met haar foto erbij, een stroom van reacties heeft losgemaakt. Ze is beroemd geworden, maar weet van niets. Er vinden demonstraties plaats om de kinderen te redden uit de klauwen van de oorlog en de wrede legers onder aanvoering van de warlords. Christines tocht is zwaar. En dan komt ze Liz tegen.
Auteur
Jesse Loncraine studeerde Engels in Bristol en Violence, Conflict & Development aan SOAS, University of Londen. Hij is de zoon van de veelbekroonde filmregisseur Richard Loncraine. Eerst werkte Jesse Loncraine als journalist in Londen en Kenia. Daarna trad hij in het voetspoor van zijn vader en maakte documentaires. Dit is zijn romandebuut.
De auteur bezocht voor zijn documentaires Kenia, Oeganda, Congo en Libanon. In het noorden van Oeganda worden nog steeds kinderen ’s nachts bij hun familie weggehaald om deel te gaan uitmaken van het grote leger kindsoldaten. Ze worden gehersenspoeld en getraind totdat ze even kille moordenaars zijn als de soldaten uit het volwassen leger. Op deze gegevens baseert Loncraine deze roman, die hij overigens niet in een specifiek land laat spelen, maar gewoon ‘in Afrika’.
Paul intussen, de 12-jarige zoon van Christine, heeft het ongeluk dat de warlord – de ‘kolonel’ – zijn welwillend oog op hem laat vallen. Ontsnappen wordt daarmee moeilijk. De kolonel is een voormalige drugsdealer. Hij zou graag kunstenaar zijn en tekent de jonge jongens uit zijn leger. Als de tekening klaar is moeten zij met hun wijsvinger een afdruk in bloed eronder zetten. In ieder dorp dat de kolonel plundert laat hij dergelijke tekeningen achter.
Of de moeders Liz en Christine worden herenigd met Orin en Paul, laten we aan de lezer.
Dit is een bijzonder indrukwekkend en tegelijkertijd ontroerend boek. Te weten dat er nog steeds dergelijke kinderlegers worden gerekruteerd beneemt je de adem, zo beeldend, vaak wreed en natuurgetrouw wordt dit verhaal beschreven.
De haat en wreedheid binnen de legers, de liefde van de moeders, de wanhoop en de uitzichtlosheid van het leven in een land waar dergelijke oorlogen heersen…
Een indrukwekkend filmisch verhaal dat een brok in de keel achterlaat.
Jesse Loncraine – In het veld. Vertaald uit het Engels (In the Field) door Ineke van Bronswijk. ISBN 978-90-452-1358-9, 254 pagina’s, €17,99. Uithoorn: Karakter Uitgevers 2017.