Ik ben mijn aambeien aan het föhnen

MijnvaderzeialtijdJaap ToorenaarMijn vader zei altijd. De mooiste uitspraken van onze ouders en grootouders. ISBN 978-94-004-0671-1, 176 pagina’s, â‚ € 10,00. Amsterdam: Thomas Rap 2017.

Nieuwe bundel met grappige, krasse en politiek lang niet altijd correcte uitspraken van vroeger.

Het moest er natuurlijk van komen, na het succes van Mijn moeder zei altijd, waarvan 50.000 exemplaren verkocht werden, waren er nog genoeg saillante uitspraken over om een vervolgbundel uit te brengen en samensteller Jaap Toorenaar ontving die van zo’n tienduizend inzenders. Sommigen stuurden wel tientallen uitspraken in, naar de Facebookpagina Mijn moeder zei altijd en naar die van het Genootschap Onze Taal. Uiteindelijk zijn in deze nieuwe bundel de bijdragen van ongeveer 700 personen gepubliceerd.

JaapToorenaarPublicist en tekstschrijver Jaap Toorenaar (1954) is nog niet klaar met het samenstellen van deze tweede bundel. Er komt ook nog een Vlaamse editie aan en de samensteller blijft geïnteresseerd in nieuwe inzending, misschien voor een herziene versie van beide inmiddels uitgebrachte boekjes.

Ook dit boekje is weer onderverdeeld in een aantal onderwerpen. Als voorproefje hieronder enkele uitspraken per rubriek.

Eten: Watje niet lust, slik je maar door.

Pijntjes: Bij een klein wondje Joh, zet er een hek om, anders val je erin.

Mannen en vrouwen: Ik heb een vrouw om te stelen, maar geen dief wil haar hebben.

Stoute kinderen: Als je zo doorgaat (Marie-Thérèse), ruilen we je in voor Marie-Louise.

Zes dochters zijn erger dan de plagen van Egypte.

Opvoeden: Vlugge moeders maken luie kinderen.

Je familie: Familie is als medicijnen. Je moet ze doseren.

Schoenmoeders Geef je schoonmoeder een naaimachine, dan kan ze stikken.

Leren: Er zijn gediplomeerden en geslaagden.

Slapen: Wie kan uitgaan, kan opstaan.

Uiterlijk: God schiep de mens en Max Factor zag dat het niet goed was.

De dikken en de dunnen: Bij een stevige vrouw in een witte broek. Poeh, je kan een bioscoopfilm projecteren op die reet.

Over broodmagere vriendin. Nee jongen, dat is niks, daar kun je je aan bezeren.

Gulp (openstaand): Moet je voor dat kleine stukje worst de hele slagerij openzetten?

Drank: (bij visite) Je moet drie keer inschenken. Twee voor de voeten en één voor het hart.

Uitgaan: Als er buiten ‘bar’ op staat, dan is het binnen nog erger.

Het weer: Het is hier zo warm, de reuzel loopt uit mijn achterste.

Zwanger: (bijeen ongewenste zwangerschap) Een ongeluk zit in een klein gaatje.

Liefde en relaties: Wie een vrouw trouwt om het lijf, verliest het lijf en houdt het wijf.

Ouder worden: (over een irritante man) Die hoeft alleen nog tachtig te worden. Een oud wijf is het al.

Op het werk: Een ambtenaar is iemand die bij elke oplossing een moeilijkheid bedenkt.

God en het geloof: (spreuk boven apotheek) Vertrouw op God, maar neem wel uw medicijnen in.

Rare lui: (over een opschepper) Elke hoer pocht over haar eigen kont.

En zo zouden we nog heel lang door kunnen gaan. En dan hebben we nog verschillende onderwerpen, zoals ‘buitenlandse uitspraken’ en ‘rijmpjes’ overgeslagen. Ondanks het feit dat de rubriek ‘Niet bestemd voor kleine kinderen’ reeds in het vorige deel uit veel sappige uitspraken bestond, kwamen er ook nu weer de nodige inzendingen. Hieruit ter afsluiting van deze recensie:

Ons werk is net seks. De planning is kut en wij zijn de lul.

(Over ambtenaren) Geef ze duizend komma’s en ze neuken ze allemaal.

Wie niet waagt blijft altijd maagd.

Voor, naar ik verwacht, heel veel liefhebbers.

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Cultuur, Humor, Taal. Bookmark de permalink.