De Kunsthal en het lichte meisje

TaschaMira Feticu – Tascha. De roof uit de Kunsthal. ISBN 978-94-9192-113-1, 191 pagina’s, € 17,95. Amsterdam: Jurgen Maas.

Hoe de roof uit de Rotterdamse Kunsthal om vrouwenhandel draaide.

De in Roemenië geboren en in Nederland wonende Tascha is de ‘vriendin’ van Radu. Het grootste deel van de opbrengsten van haar werk als prostituee verdwijnt in zijn portefeuille. Van het geld wat ze overhoudt kan haar vader in haar geboorteland medicijnen kopen.

Radu bedenkt een nieuwe manier om aan geld te komen en gaat met vrienden op schilderijenjacht. Inderdaad: de beruchte roof van de kunstwerken uit de Kunsthal in Rotterdam. Als Radu en zijn kornuiten als verdachten worden opgepakt zijn daarmee nog niet de zeven gestolen schilderijen boven water. De politie gaat ervan uit dat Tascha meer van de zaak weet. Zij was immers mee naar Roemenië geweest toen de buit werd verborgen?

Tascha moet met twee Nederlandse agenten naar Roemenië om daar de plaats aan te wijzen waar de kunstwerken zijn begraven. Maar de moeder van Radu heeft, om haar zoon vrij te pleiten, de schilderijen inmiddels verbrand. Tascha zou, nu Radu achter de tralies zit, mooi van hem af kunnen zijn en haar harde beroep vaarwel kunnen zeggen. Maar dat doet ze niet.

MiraFeticuMira Feticu (1973, Roemenië) was in haar geboorteland al schrijver en radiomaker. Ze debuteerde in 1993 met een dichtbundel. Nadat ze voor de liefde naar Nederland verhuisde, leerde zij razendsnel de Nederlandse taal. Sinds 2008 schrijft zij in het Nederlands, in 2012 kwam haar eerste boek hier uit.

De roman begint met de reis van Tascha en de agenten naar Roemenië. Het over-en-weer machtsspelletje van de rechercheurs uit beide landen wordt uitgebreid beschreven.

Maar eigenlijk, ontdek je al lezende snel, gaat het in dit boek helemaal niet over de schilderijenroof. Dat gegeven is een kapstok waaraan een ander verhaal komt te hangen. Dat andere verhaal is het leven van Tascha. In armoede opgegroeid, een jongen ontmoet, verliefd en gelukkig geraakt, met daarna het leven als prostituee: een ‘loverboy-constructie’.

Tascha blijft prostituee. Het geld biedt haar onafhankelijkheid. Maar nu is het vak haar keuze.

Omdat Feticu zelf Roemeense is trokken waarschijnlijk de Roemeense daders van de kunstroof haar bijzondere aandacht. Maar over die daders en over de roof zijn al krantenpagina’s vol geschreven. De auteur voegt daar niets aan toe. Ze heeft zich ingelezen en het verhaal herverteld.

Het gaat Feticu om Tascha en om die keuzes die dit meisje maakt. Als ze daarover schrijft of over haar geboorteland, is zij uitstekend op dreef. Het spoor-Kunsthal voegt weinig toe. Dat had evengoed een zilverroof uit een villa in het Gooi kunnen zijn, maar daar verkoop je geen boek op.

Het spoor-Tascha is mooi, maar te mager. Daar had ik graag meer over gelezen

Al met al: het Roemeniëverhaal is sfeervol, Tascha’s verhaal empatisch en de roof er met de haren bij gesleept.

Niet goed, maar ook zeker niet slecht.

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Cultuur, Diversen, Misdaad. Bookmark de permalink.