Papatax

Hans de Bruijn – Framing. Over de macht van taal in de politiek. ISBN 978-90-450-1997-0, 236 pagina’s, € 17,95. Amsterdam / Antwerpen: Atlas 2011.

Hoe werkt framing? Hoe kun je het gebruiken en wat kun je er tegen doen?

De auteur is hoogleraar bestuurskunde aan de TU Delft. Hij definieert een frame als een inhoudelijke politieke boodschap die in het politieke debat wordt gebruikt en tot een specifieke interpretatie van de werkelijkheid leidt. Dit boek gaat, aan de hand van voorbeelden uit de Amerikaanse en de Nederlandse politiek, over de voortdurende pogingen van politici om het debat te framen (vandalen gaan betalen) of om het frame van de ander te ontkrachten, hoe ze kunnen reframen (wij zijn niet onverschillig, het gaat mij om de inhoud). Hij laat zien hoe een goed frame blijft hangen (de puinhopen van paars; je moet arme mensen geen vissen geven, maar een hengel) en gratis zendtijd krijgt als de tegenstander de fout maakt in het frame van zijn opponent te stappen (het CDA is geen stoffige partij) en er zo, impliciet, aan meehelpt dat het frame ingeslepen raakt. Zo is de PVV tevreden met een door de Tweede Kamer aangenomen motie van Groen Links dat het tegengaan van islamisering geen doelstelling van overheidsbeleid is. Islamisering is namelijk hiermee onderdeel geworden van het dagelijkse politieke taalgebruik.

Verder staat de Bruijn stil bij de verhaalstructuur die in veel frames besloten ligt en die bepalend is voor de kracht ervan. Prachtig is daarbij het voorbeeld van de Rotterdamse CDA-wethouder Leonard Geluk met zijn voorstel een papatax in te voeren voor Antilliaanse vaders die wel bij tien verschillende vrouwen kinderen hebben: vaders moeten per kind belasting betalen om zo bij te dragen aan de opvoeding van hun kind. Het voorstel zelf was natuurlijk niet effectief, maar maakte Geluk wel populair.

Wat betekent het voor framing dat de Nederlandse en Amerikaanse samenleving pluriform zijn en soms tot op het bot verdeeld. Dan moet je proberen tegenstellingen te overbruggen. Job Cohen wil de boel bij elkaar houden. De PvdA is sterk en sociaal. Of je identificeert jezelf met Joe the Plumber. Het CDA wil verbinden. De auteur vat de positieve en negatieve beelden van een aantal Nederlandse politieke partijen samen.

Het laatste hoofdstuk gaat over sloganisering, de politiek van de oneliner. Eindeloze herhaling kan daarbij een krachtig wapen zijn. Prachtig blijft Jan Schaefers in geouwehoer kun je niet wonen. Ook sterk zijn Yes We Can (Barack Obama), I feel your pain (Bill Clinton) en We gaan voor goud (Jan Peter Balkenende).

Ik heb gekozen voor een beperkt aantal voorbeelden om het betoog van de auteur enigszins te concretiseren. In het boek zelf kunt u lezen wat werkt en waarom, maar ook wat niet werkt en gemakkelijk ontkracht kan worden. Elke politicus kan hier wat van opsteken.

Interessant voor de politiek geïnteresseerde lezer.

Dit boek is tevens uitgebreid besproken in de boekenrubriek LeesKost van het programma PuurCultuur op MeerRadio (woensdag 7 maart 2012). Daarnaast is deze recensie ook geplaatst in Bestuursforum 36, nummer 3, maart 2012, pp. 22-23. 

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Politiek, Taal. Bookmark de permalink.