De Bible Belt

Een waarachtige zoektocht naar geloof, hoop en liefde in Nederland

Een buitenstaander in de refowereld.

Jonah Falke, zelf een agnost, raakte bevriend met Riekelt Pasterkamp, een freelancejournalist bij het Reformatorisch Dagblad. Valke had het plan om de kerken in de Bible Belt te bestuderen. De Bible Belt bestaat uit gebieden waar orthodoxe christenen wonen. Ze worden ook wel refo’s genoemd. Hij vroeg Pasterkamp om hem bij te staan bij het vinden van contactadressen. Zonder bemiddelaar zou hij weinig kans krijgen om met deze geïsoleerd levende gereformeerden vol achterdocht tegen de ‘heidenen’ in contact te komen. Pasterkamp wilde graag behulpzaam zijn. Hij had een heleboel contacten in de refowereld en zijn naam opende vele deuren.

Auteur

Jonah Falke (1991) is schrijver, kunstenaar, journalist, documentairemaker en columnist voor onder andere Vrij Nederland, de Volkskrant en Het Financieel Dagblad. Eerder publiceerde hij de romans Bontebrug en De mooiste vrouw van de wereld. Hij schreef ook non-fictieboeken:  Van armoede en De geschiedenis van mijn sok.

Het boek bevat zeventien hoofdstukken. Daarin wordt verslag gedaan van bezoeken en gesprekken. Hij bezocht verscheidene kerkdiensten van verschillende kerkgemeenschappen. Falke begon in Apeldoorn met een kerkdienst in de minst orthodoxe kerk, de Hersteld Hervormde Kerk (kleine afsplitsing van de Hervormde Kerk die buiten de fusiekerk PKN bleef), met zo’n 400 bezoekers en hij eindigde met een kerkdienst in de zwaarste kerk, de Oud Gereformeerde Gemeente met 1500 kerkgangers. Hij sprak met een aantal predikanten die onderling nogal verschilden qua zwaarte. Daarnaast bezocht hij ook bijeenkomsten. Zo was hij aanwezig bij een themadag van de Dutch Bible Belt Network waar het die dag ging over de positie van de vrouw. Langdurig reisde hij mee met de verkiezingscampagne van de SGP. Hij bezocht de reformatorische pabo in Gouda en liep mee met een vrijwilliger van de Gevangenenzorg Nederland, een christelijke organisatie van vrijwilligers die gevangenen bezoekt.

Ten aanzien van de Bible Belt bestaat het vooroordeel dat hun gemeenschap gesloten is tegenover de boze buitenwereld. Zou hij uitsluitend sombere oerconservatieve mensen aantreffen? In de kerkdiensten die hij bezocht werd hij zeer argwanend bekeken. Contact met de kerkgangers kreeg hij niet. Van die kerkdiensten werd hij niet vrolijk. De mens is zondig en moet zich bekeren om in het hiernamaals te komen. Van het leven genieten uit den boze (en dat terwijl er in Prediker staat Geniet van het leven met de vrouw die je bemint). De zang in hele noten en niet ritmisch is ook niet opbeurend. Daar staat tegenover dat Falke buiten de kerkdienstem heel vriendschappelijk werd behandeld. Zelfs de predikant van de strenge Oud Gereformeerde kerk was zeer aimabel.

Vriendelijk en gastvrij werd hij ontvangen op de Driestar, de enige reformatorische pabo in Nederland. De aanstaande leerkrachten komen uit het hele land en moeten soms uren reizen. De meisjes in lange rokken overheersen, maar er zijn ook vlottere types. Falke woonde enkele lessen bij. Er was een degelijke dagopening met Bijbellezen en gebed. Hij woonde ook godsdienstles bij met een heel zwaar onderwerp: de wederkomst van de Messias. Toen een meisje uit de Bijbel moest lezen verontschuldigde ze zich omdat ze ging lezen uit de Herziene Statenvertaling. Een medeleerling riep: ‘heiden’. Volgens Falke een typisch gereformeerd grapje.

Het contact met de predikanten was heel hartelijk. Het mooiste voorbeeld is een logeerpartij bij Alexander den Hartog, een jonge dominee in Tholen. Hij is predikant bij een kerk van de Hersteld Hervormde Gemeente. Falke kwam terecht bij een gezin met twee jonge kinderen. De dominee is een moderne huisvader die huishoudelijke taken heeft. Jonah vergezelde hem naar de supermarkt waar frites en frikadellen werden gehaald. Op de zondag klinken de hele dag psalmen uit de radio. Samen met Alexander fietste Jonah naar de kerk. De preek van deze jonge dominee was aan de zware kant. Alexander ging die middag samen met Jonah naar Ridderkerk waar hij dezelfde preek nog een keer hield. De kerk zat bij deze middagdienst stampvol (800 kerkgangers). De andere dag bracht Jonah samen met Alexander de kinderen naar school en ging daarna weer naar zijn huis in Amsterdam

Riekelt Pasterkamp, zijn bemiddelaar, achtte het bijna onmogelijk dat hij een Oud Geformeerde predikant zou kunnen spreken. Toch gelukte het Jonah om op eigen houtje contact te maken met dominee Kort in Krimpen aan de IJssel. Zondagmorgen zou hij naar de kerk gaan en op maandag de dominee ontmoeten. Toen hij bij de kerk arriveerde verliep zijn binnenkomst als volgt: Hoe goed ik me ook heb vermomd door in het zwart gekleed te gaan, werpen velen van de 1500 kerkbezoekers een blik op hem. Onbeschaamd bekijken ze me van top tot teen. Dominee Kort bleek een echte preektijger. Hij sprak veel over de dood en de eindtijd. Er is geen tijd voor genieten. Bekeren en loslaten. Hij sprak soms zacht, maar het volgende moment schreeuwde hij het uit. De andere ochtend trof Jonah een vriendelijke, rustige man, die vragen beantwoordde en uitleg gaf. Hij behandelde Jonah met respect en hij trachtte niet hem te bekeren.

Falke geeft een breed en genuanceerd beeld van de Bible Belt in al zijn verscheidenheid. Een interessant en nuttig boek.

Jonah FalkeDe Bible Belt. Een waarachtige zoektocht naar geloof, hoop en liefde in Nederland. ISBN 978-94-0041-073-2, 320 pagina’s, € 23,99. Amsterdam: Thomas Rap 2025.

Geplaatst in Alle Boeken, Religie | Reacties uitgeschakeld voor De Bible Belt

Dag rakkers!

Vijftig jaar Ome Willem

Geautoriseerde biografie van Edwin Rutten.

Edwin Alexander Maria Rutten (Groningen 1943) is een bekende jazzzanger, drummer, acteur en presentator en bij velen populair als het alter ego van Ome Willem, de centrale figuur in het VARA-kinderprogramma De film van Ome Willem (1974-1889), waarvan meer dan 200 afleveringen zijn gemaakt. Dit boek is de door Rutten zelf geautoriseerde biografie.  

Auteur

Geke Mateboer (Genemuiden, 1960) begon op haar negentiende als journalist. Ze schreef onder andere voor De Stentor en de Meppeler Courant. Tegenwoordig werkt zij als communicatieadviseur bij de provincie Overijsel. Zij schreef columns, onder andere in het Nedersaksisch en enkele historische boeken.

Mateboer schreef deze biografie, nadat de eerdere boeken Dag Rakkers! De zeven levens van Edwin Rutten door Rudie Kagie en En zo klom hij naar boven… Over Ome Willem door Haye van der Heyden niet door Rutten waren geautoriseerd. Mateboer kon wel vrijelijk gebruik maken van het werk van Kagie. Het hele proces heeft soap-achtige trekjes.

Het boek begint dramatisch. Edwins moeder moest zo nodig ‘leuke dingen doen’ en dumpte haar twee kinderen in een vakantiekolonie of kindertehuis in Zandvoort. Gelukkig trof hij het met zijn stiefvader, de filmregisseur Gerard Rutten, die hem op verschillende gebieden stimuleerde.

Edwin’s school- en studententijd en muzikale loopbaan worden op de voet gevolgd. Uiteraard is een omvangrijk hoofdstuk gewijd van Ome Willem, ooit bedacht door Aart Staartjes. Generaties rakkers en andere volwassenen genoten ervan. Enerzijds was er een strak draaiboek, anderzijds moest Ome Willem continu improviseren op onverwachte kinderopmerkingen. ‘We hebben een nieuw bankstel’. ‘Zo, wat voor kleur?’ ‘Ome Willen, hou jij ook van neuken?’ ‘Jawel rakker, maar nu even niet.’

Topschrijvers, waaronder Willem Wilmink (deze vuist op deze vuist), verleenden hun medewerking en de muzikale leiding was in handen van hoofdgeitenbreier Harry Bannink. Lachen om ‘het papje’ en natuurlijk het ‘broodje poep’ (Bah Ome Willem).

Ook de vele activiteiten van Rutten tijdens en na Ome Willem komen uitvoerig aan de orde. Muziekprogramma’s, Kinderen voor Kinderen (Ik ben toch zeker Sinterklaas niet), Het Klokhuis, Jazz op Zes, commentator bij het nieuwjaarsconcert van de Wiener Philharmoniker, dagvoorzitter. Nu hij de tachtig is gepasseerd neemt hij enigszins gas terug. Wel liet hij zich door Sigrid Kaag strikken om lijstduwer van D66 te worden bij de Haagse gemeenteraadsverkiezingen van 2022.

Het boek bevat enerzijds een (te?) gedetailleerde biografie van Rutten, anderzijds moeten er stukken zijn weggelaten. Zo lezen we ergens dat hij trouwde en een hele tijd later dat zijn huwelijk uitliep op een scheiding. Zijn eerste vrouw wordt nergens vermeld en ook aan ’s mans twee dochters wordt nauwelijks aandacht besteed. Dit in tegenstelling tot Rutte’s tweede? Vrouw, de ‘klassieke’ zangeres Annett Andriessen (mezzosopraan) die wel prominent aanwezig is en trouwens meehielp met de beeldredactie van dit uitvoerig geïllustreerde boek.

Het boek is vlot geschreven, maar krijgt toch enigszins het karakter van een hagiografie. Alles is even leuk en aardig. Heeft Edwin Rutten dan helemaal geen wat minder positieve eigenschappen of andere ondeugden? Toch maar eens even die andere boeken bekijken.

Geke Mateboer – Dag Rakkers. Vijftig jaar Ome Willem. ISBN 978-94-9328-342-1, 282 pagina’s, € 24,50. Enschede: AFdH Uitgevers 2025.

Geplaatst in Alle Boeken, Biografie | Reacties uitgeschakeld voor Dag rakkers!

De Mei-jaren

Het schildersechtpaar

Surrealistische dwaaltocht.

Sibren Hartman en zijn vrouw Dop Meis wonen op een boerderij in de Groningse Noordpolder, een polder met weidse landschappen die grenst aan de Waddenzee. Zij zijn allebei kunstschilder. Dop is beroemd om haar landschapsschilderijen.

Het verhaal gaat over het veertig jarig huwelijk van het schildersechtpaar. De wereld die beschreven wordt is een fantasiewereld. Het verhaal flitst heen en weer in tijd en plaats.

Auteur

Anjet Daanje (1965) studeerde wiskunde. Al tijdens haar studie begon ze aan haar eerste roman Pianomuziek in de regen, die in 1993 werd gepubliceerd. Ander werk: De herinnerde soldaat, Gezel in marmer, Veelvuldig en alleen, Suikerbeest en Het lied van ooievaar en dromedaris. Naast proza schrijft ze ook filmscenario’s. De novelle De Mei-jaren verscheen al in 2004 en werd onlangs opnieuw uitgegeven.

Het verhaal begint met een ontvoering. Sibren wordt naar een expositie gebracht. Het is de opening met veel wijn drinkend publiek. Er hangen schilderijen die de handtekening van zijn vrouw Dop dragen. Hij herkent ze niet. Het zijn fel gekleurde schilderijen van Chinese huizen aan lotusvijvers. Dop schildert uitsluitend Groningse landschappen in sombere kleuren en ze is ook nooit in China geweest. Volgens Sibren gaat het om vervalsingen. Tot zijn verbazing is Dop ook aanwezig. Ze is echter heel jong. Hij gaat naar haar toe en spreekt met haar. ‘Heb je de schilderijen gezien?’ vraag ik. ‘Ze zijn prachtig,’ vindt ze. Dan ziet ze haar toenmalige minnaar en gaat naar hem toe. Sibren wordt door iemand meegenomen naar een andere ruimte.

Hij begint aan een dwaaltocht in een fantasiewereld die steeds absurder wordt. Hij komt in griezelige ruimtes met reusachtige, donkere dreigende gedaanten en in een tropisch oerwoud met sprekende papegaaien. Dan komt hij ineens in China waar ook zijn zoon Elrik aanwezig is. Naarmate het verhaal vordert wordt het mysterie van de Chinese schilderijen met de signatuur van Dop opgehelderd.

Als lezer moet je wel goed bij de les blijven om te begrijpen wat er echt gebeurd is in het leven van Sibren en Dop. Dementie speelt ook een rol. In het begin lijdt Dop aan geheugenverlies. De dwaaltocht van Sibren speelt zich waarschijnlijk af in diens verwarde geest.

Deze surrealische novelle is prachtig geschreven, maar zeer verwarrend.

Anjet DaanjeDe Mei-jaren. ISBN 978-94-933-3685–9, 77 pagina’s, € 18,99. Amsterdam: Uitgeverij Pluim 2024.

Geplaatst in Alle Boeken, Fictie, Novelle | Reacties uitgeschakeld voor De Mei-jaren

De aartsvijand

Een John le Carré thriller

Smiley met pensioen?

George Smiley, de meesterspion in de bestsellers van de onovertroffen John le Carré (1931-2020), vertolkt op film en televisie door een leger grote acteurs, behoort met zijn schepper tot de buitencategorie. Nog steeds wordt aan hem gerefereerd, zoals in de recente onweerstaanbare spionnenserie Slow Horses. Meestal sterven romanfiguren met hun schrijver, maar dat blijkt met Smiley niet het geval. Nick Harkaway haalde hem terug uit zijn pensioen, want Het Circus (de Britse Geheime Dienst MI6), geleid door de almachtige Control had hem nodig.

Het verhaal speelt zich af in de winter van 1963. Een overgelopen Russische huurmoordenaar zet het Circus op het spoor van zijn inmiddels spoorloos verdwenen doelwit, die wel eens over voor het westen cruciale informatie zou kunnen beschikken. Control vraagt Smiley om te proberen meer gegevens van Suzanna, de assistente van het beoogde slachtoffer, los te krijgen.

Auteur

Nick Harkaway (1972, pseudoniem van Nicholas Cornwell) is de jongste zoon van David Cornwell oftewel John le Carré. Hij studeerde onder meer filosofie, sociologie en politieke wetenschap in Cambridge en werkte in de filmindustrie voordat hij ging schrijven. Vanaf 2012 publiceerde hij een aantal romans en boek over digitale verandering in de maatschappij.

Sir Alec Guinness als Smiley

In 2021 verzorgde Harkaway de postume publicatie van zijn vaders boek Silverview. Volgens hem wilde zijn vader dat zijn nalatenschap zou worden voortgezet. Dat deed Nick dan ook met deze ‘echte Smiley’, die zich afspeelt tussen de klassiekers The Spy Wo Came in from the Cold Spion aan de muur 1963) en Tinker Tailor Soldier Spy (Edelman, bedelman, schutter, spion 1974). Harkaway maakt het zich daarmee niet gemakkelijk. Is zijn Smiley wel geloofwaardig? Maar, hij groeide op met George. Hij schoof in allerlei vormen bij ons aan tafel, als een vriendelijk spook…Het was alsof Smiley al klaarstaat: ik was aan de late kant, maar hij had geduldig afgewacht. ‘Als je eindelijk zover bent, Nicholas, kunnen we aan de slag.’ Mijn Smiley is die van mijn vader, maar ook de Smiley die we allemaal collectief hebben leren kennen (uit de verschillende vertolkingen door onder andere Sir Alec Guinness)..

Tot ongenoegen van zijn vrouw Ann keert Smiley tijdelijk terug tot het Circus, waar hij zijn positie van gepensioneerde benut om geheel op eigen, onorthodoxe wijze te werk te gaan. Dat brengt hem naar Berlijn, Wenen en zelfs, tegen de uitdrukkelijke orders van Control, in Hongarije, dus achter het IJzeren Gordijn, waar Smiley’s aartsvijand Karla aan de touwtjes blijkt te trekken.

Het valt niet mee een boekenreeks helemaal in de geest van de originele auteur voort te zetten. Qua plot en vooral qua sfeertekening van zowel het Circus, als van de toestand achter het IJzeren Gordijn is Harkaway daar prima in geslaagd. Het verhaal is wel behoorlijk gecompliceerd, maar dat zijn we ook van Le Carré gewend.

Op het cover van het boek staat Een John le Carré thriller. Het lijkt daarmee waarschijnlijk dat Nick Harkaway van plan is het niet bij dit ene boek te laten. Gezien de lovende kritieken, onder meer van The Guardian en Ian Rankin, waar ik het van harte mee eens kan zijn, iets om naar uit te kijken.

Nick HarkawayDe aartsvijand. Een John le Carré thriller. Vertaald uit het Engels (Karla’s Choice) door Gerda Baardman en Lyda Visser. ISBN 978-90-210-4872-7, 317 pagina’s, € 22,99. Amsterdam: Luitingh-Sijthoff 2024.

Geplaatst in Alle Boeken, Deel van een reeks, Detective / Thriller | Reacties uitgeschakeld voor De aartsvijand

Uitzicht

Als de duisternis je dreigt te verslaan

Leren omgaan met blind worden.

Uitzicht is een autobiografisch verslag van een jongeman die na zijn eerste vijfentwintig jaar last kreeg van slechtziendheid. Aanvankelijk kan hij zich nog redden: hij voetbalt en geniet van het uitgaansleven. Hij werkt als begeleider in de gehandicapten- en ouderenzorg. Zijn zicht gaat hard achteruit en na onderzoek blijkt dat hij lijdt aan het Syndroom van Usher. Langzamerhand zal hij blind en doof worden. Koen komt vooral geestelijk in de problemen en komt terecht in een behandelcentrum voor zijn zware depressie. Maar hij brengt ook geruime tijd door in een revalidatiecentrum dat mensen met gezichtsproblemen traint om zo goed mogelijk te leren omgaan met slechtziendheid.

Auteurs

Links Alwin Grijseels rechts Koen Verslijen

Koen Versleijen (Horst, 1990) werkte met gehandicapten en ouderen totdat hij de diagnose Syndroom van Usher kreeg en steeds slechter ging zien en horen. Hij beschreef in Uitzicht zijn eigen ervaringen. Tegenwoordig is hij spreker op evenementen, voor bedrijven, scholen en verenigingen.

Alwin Grijseels (Tegelen, 1979) is auteur, scenarioschrijver en toneelschrijver. Hij hielp Koen bij het schrijven van zijn verhaal.

In de eerste hoofdstukken functioneert Koen nog vrij normaal. Een hoogtepunt is zijn succesvolle optreden als prins carnaval. Ook is hij actief als dj, onder andere op een camping, maar ook op een kermis. We zijn telkens getuige van het einde van deze activiteiten. Noodgedwongen moet hij steeds stoppen. Hij blijft nog lang voetballen, maar stopt als iemand door hem een zware blessure heeft opgelopen: twee verbrijzelde tenen en een gebroken teen.

Naarmate zijn toestand verslechtert geraakt hij geleidelijk in een diepe depressie en krijgt zelfs zelfmoordneigingen. Op eigen initiatief gaat hij naar een inrichting om zich te laten behandelen. Hij meldt zich vrijwillig, maar de psychiater vindt zijn toestand zo zorgelijk dat ze hem niet meer laten gaan. Een zeer aangrijpende gebeurtenis. Er wordt een crisismaatregel toegepast. Ze kunnen hem 72 uur vasthouden. Politie en burgemeester beslissen of de crisismaatregel terecht is. Na 72 uur beslist de rechter dat hij het gesticht mag verlaten. Wat een nachtmerrie!

Veel positiever verloopt zijn revalideringsproces. Hij verblijft enkele maanden in Revalidatiecentrum Het Loo Erf. Het is de enige plek in Nederland waar slechtziende en blinde volwassenen terecht kunnen om als blinde te kunnen functioneren, zowel thuis als op straat. Voor de meeste lezers zal dit een eyeopener zijn. Er is ook hulp als de slechtziende naar huis gaat. Koen krijgt hulp van een mobiliteitstrainer die tips geeft over de thuissituatie, maar ook over het lopen in het plaatsje. Eerst rustige routes, maar later ook door een winkelcentrum. Koen loopt nu met witte stok, hij geneert zich. Iedereen zal weten dat de voormalige Prins van Horst slechtziend is. Het is schokkend dat hij soms uitgescholden wordt door straatjongens.

Naast het onderwerp slechtziend worden gaat het verhaal ook regelmatig over Koens familie, zijn ouders, zijn zus en zijn zwager Niels. Een aangrijpend gedeelte handelt over de ziekte en dood van de laatste. Het is vreemd dat er weinig over Koens relatie met Anne wordt gesproken. Wel staan er ontroerende passages in over hun dochtertje. Pijnlijk is een botsing met haar. De mobiliteitstrainer adviseert een belletje aan haar been te binden, wat heel goed helpt.

Uitzicht is een openhartig, aangrijpend en inspirerend boek. Het lezen is soms best zwaar als je wordt meegenomen in Koens diepe depressie. Gelukkig maken we ook mee hoe hij leert leven met zijn handicap. Het geven van lezingen biedt hem een nieuwe bestemming in zijn leven.

Koen Versleijen en Alwin GrijseelsUitzicht. Als de duisternis je dreigt te verslaan. ISBN 978-90-834-1846-9, 245 pagina’s, € 21,90. Maassluis: Uitgeverij de Brouwerij 2025.

Geplaatst in Alle Boeken, Autobiografie, Ziekte | Reacties uitgeschakeld voor Uitzicht

Een rijke oogst

Schrijver, verteller en wereldburger Ton van Reen

Over zijn schrijverschap, hoe het begon, en wat het hem gebracht heeft.

Een rijke oogst is een uitgebreid en gevarieerd liber amicorum over de schrijver Ton van Reen (Waalwijk 1941). Aan dit vriendenboek werkten tien schrijvers mee. Adri Gorissen, die zelf vier van de veertien hoofdstukken leverde, stelde deze bundel samen. In het eerste hoofdstuk wordt Ton van Reen zelf aan het woord gelaten. Hij vertelt over zijn leven en zijn werk. Twee hoofdstukken zijn gewijd aan Afrika. Van Reen was gefascineerd door Afrika. Hij verbleef er enige tijd en bekommerde zich om de armoede. Samen met zijn zoon David verkende hij Etiopië. Zij waren geïnteresseerd in de cultuur en de geschiedenis van dit land. Het ongeluk en overlijden van David krijgt ook aandacht.

Auteurs

Adri Gorissen (samensteller), Wim van Grinsven, Hans Hendriks, Wiel Kusters, Peter Lenssen, Ben van Melick, Rob Molin, Gerard Sonnemans, Gerard Staals, Marc van der Sterren.

Na het leven van Ton van Reen komt diens schrijverschap aan de orde. Ben van Melick besteedt aandacht aan de vertelkunst van Van Reen. Deze wilde van zijn boeken geen kunstwerken maken, maar zijn lezers boeien, informeren en verheffen. De rasverteller was geliefd bij een groot publiek, maar werd niet gewaardeerd door de literaire critici: Die literaire wereld, dat was en is mijn wereld niet.

Wiel Kusters noemt Van Reen met veel waardering primair een dichter. Hij debuteerde met de gedichtenbundel Vogels. Rob Molin bespreekt de romans die Van Reen schreef tussen 1963-2013. Veel boeken spelen zich af in Noord-Limburg. Over her rijke roomse leven heeft hij uitvoerig geschreven, bijvoorbeeld Roomse meisjes. Peter Lenssen bespreekt in een hoofdstuk ’s mans laatste drie boeken. Bekend werd Het nooit geschreven verhaal.

Ton van Reen is ook bekend als een verdienstelijk schrijver van jeugdboeken. Ook daarin neemt hij het op voor de zwakkeren en de onrechtvaardig of onheus behandelden. De bekendste boeken gaan over de Bokkenrijders. Hoofdstuk dertien is gewijd aan zijn succesvolle uitgeverij, die hij met zijn vrouw Corrie Zeelen en haar naam droeg. Er stonden bekende namen in hun fonds, bijvoorbeeld Simon Vinkenoog, Louis Ferron en Jeroen Brouwers. Het laatste hoofdstuk bevat Van Raan’s complete bibliografie, een indrukwekkende lijst van maar liefst 203 uitgaven.

Ton van Reen komt ook zelf aan het woord na elk hoofdstuk. Het gaat om verhalen en gedichten. De bladzijden zijn blauw gekleurd.

Een rijke oogst is in twee opzichten ‘rijk’. De inhoud is omvangrijk en veelzijdig. De lezer krijgt uitgebreide informatie over de schrijver. Het boek is prachtig uitgegeven met heel veel foto’s.

Een mooi eerbetoon aan deze bijzondere schrijver.

Adri Gorissen (samensteller) – Een rijke oogst. Schrijver, verteller en wereldburger Ton van Reen.  ISBN 978-94-93214-98-9, 309 pagina’s, € 29,50. Haarlem: In de Knipscheer 2024.

Geplaatst in Alle Boeken, Bloemlezing | Reacties uitgeschakeld voor Een rijke oogst

Hoop

De autobiografie

De menselijke paus Franciscus.

Franciscus is de eerste paus die zijn autobiografie schrijft, wat heel bijzonder is. Het openhartige boek gaat niet alleen over zijn tijd als paus, maar ook over zijn jeugd, zijn opleiding en carrière binnen de rooms katholieke kerk. We leren de paus kennen als mens, want hij schrijft over zijn familie, zijn sport, zijn ziektes en zelfs zijn verliefdheden worden genoemd. Ook zijn studie krijgt aandacht. Aanvankelijk studeerde hij voor chemisch technicus. Toen hij die studie had afgerond moest hij kiezen: universiteit of seminarie, hij koos voor het laatste. Hij volgde de opleiding tot priester bij de Jezuïeten en werd op 19 december 1960 werd hij tot priester gewijd.

Auteurs

Paus Franciscus schreef zijn autobiografie samen met de uitgever Carlo Musso. De paus werd als Jorge Mario Bergoglio in 1936 in Buenos Aires geboren. Sinds 13 maart 2013 is hij paus.

Tijdens zijn studie voor chemicus, op 21 september 1953, had hij een bijzondere ervaring. Ineens overviel hem de gedachte dat hij priester moest worden. Hij omschrijft de ervaring met de woorden: het leek of ik van mijn paard was gevallen. Op 21 september wordt herdacht dat Mattheus de tollenaar zich bekeerde. Op een schilderij van Caravaggio is de roeping van Mattheus afgebeeld. Jorge Bergoglio ging daar vaak heen om te bidden.

Over de periode van zijn priesterwijding tot de pauskeuze is geen chronologisch verslag te lezen. Het conclaaf waar Jorge Bergoglio tot paus werd gekozen wordt uitvoerig beschreven. Dat hij paus zou kunnen worden achtte hij uitgesloten. Hij had zijn terugreis naar Argentinië al geboekt.  Wel maakte hij indruk met een speech. Ook werd er al bij de eerste stemmingen op hem gestemd. Bij de vierde stemming kreeg hij 69 stemmen, acht te weinig. Bij de volgende stemming was het aantal voldoende en was hij tot paus verkozen. Vanwege zijn belangstelling voor de armen koos hij voor de naam Franciscus naar Franciscus van Assisi. Direct al koos hij voor soberheid. Dat kwam tot uiting in zijn kleding en zijn huisvesting.

Over zijn functioneren als paus en de Vaticaanse perikelen staat niet zo veel in de autobiografie. Hij spreek zich wel openlijk uit over politieke kwesties. Zo waarschuwt hij voor het ontstaan van het populisme. Meestal gaat het om angst voor het anders zijn. Populistische donderpreken vormen het begin van dictaturen en oorlogen. Op meerdere plaatsen in het boek wijst hij op de waanzin van oorlogen. Oorlog ontwricht alles. Hij bidt regelmatig voor vrede. We mogen niet opgeven, we moeten zaden van verzoening blijven uitstrooien. We mogen niet toegeven aan oorlogsretoriek of oorlogspsychose. Andere onderwerpen waar hij zich over uitspreekt zijn migratie en vluchtelingen, de klimaatcrisis, racisme, sociale rechtvaardigheid, de positie van vrouwen en seksueel misbruik. Ook zeer actuele gevaren worden door hem benoemd: AI en alogoritmen.

De maatschappelijke betrokkenheid van de paus blijkt ook uit de bestemmingen van zijn pausbezoeken. In het boek staat een foto waarop te zien is dat hij een krans legt bij het Atomic Bomb Hypocenter in Nagasaki. Een andere foto laat hem zien in het concentratiekamp Auschwitz-Berkenau. In Irak bezocht hij de verwoeste stad Mosoel. Het raakte hem diep: het voelde als een vuistslag. In Jeruzalem stopte hij een papier met daarop zijn gebed in de kieren van de Klaagmuur. In België spreekt hij langdurig met de slachtoffers van seksueel misbruik door priesters.

Paus Franciscus spreekt ook heel openhartig over zijn geloof. Zijn vele uitspraken over kenmerken van het geloof worden vaak vergezeld van daarbij passende Bijbelspreuken. De zonde wordt vaak genoemd, maar tegelijkertijd wijst hij op de barmhartigheid van God. God is altijd groter dan de zonde. Hij voelt zichzelf ook een zondaar, maar hij beseft: God heeft met barmhartigheid naar mij gekeken en heeft me vergeven. In de laatste hoofdstukken spreekt paus Franciscus uitvoerig over de hoop . Wij mogen er zeker van zijn dat God voor altijd en eeuwig van ons houdt en ons nooit alleen zal laten.

Een indrukwekkend boek over een heel menselijke paus.

Paus Franciscus en Carlo Musso – Hoop. Vertaald uit het Italiaans (Spera) door Annemiek van Gondel en anderen. ISBN 978-90-263-7081-6, 379 pagina’s, € 24,99. Amsterdam: Ambo | Anthos 2025.

Geplaatst in Alle Boeken, Autobiografie, Religie, Rooms-Katholieke kerk | Reacties uitgeschakeld voor Hoop

President Nice

Naar een nieuwe digitale werkelijkheid

Elon Muskachtige technocraat wil de macht.

Jean Nice is een schatrijke, succesvolle ondernemer en een geniale technocraat. Hij vervaardigde games, robots en digitale mensen die klonen zijn van hemzelf. Nice noemt hen zijn digitale kinderen. Hij wil op Mars een nieuwe samenleving beginnen omdat de huidige wereld ten onder zal gaan. In de ruimte bezit hij bewapende satellieten. Nice is opgesloten in de gevangenis om een reden die wat vaag blijft. Zijn verblijf is heel luxueus, maar hij is volledig afgesloten van de buitenwereld. Aan Peter, een journalist wordt gevraagd een biografie over hem te schrijven. Peter wordt door Nice geaccepteerd en hij bezoekt hem regelmatig. Ze voeren soms heftige discussies.

Auteur

Theo Monkhorst (1938) publiceerde romans, poëzie en toneelstukken. Zijn werk werd opgenomen in tal van literaire tijdschriften. In 2019 verscheen de dichtbundel Huis Huid. Hij schreef zes romans, zijn meest succesvolle was De vriend van Matisse.

Peter krijgt een goede relatie met Nice. Hij is ook een soort bemiddelaar tussen de regering en Nice en zorgt ervoor dat diens hartenwens wordt vervuld: bezoek van zijn kleinzoontje Nap3. Nice zou graag president worden. Via Nap3 worden boodschappen aan zijn zoon Richard doorgegeven. Deze zorgt ervoor dat er een nieuwe partij wordt opgericht, de Vrijheidspartij, waarvoor een verkiezingscampagne wordt georganiseerd. Er worden bijeenkomsten gehouden. Nice spreekt de mensen toe met een hologram. Alles wordt bepaald door algoritmen. AI maakt zijn teksten en ook maakt hij gebruik van influencers op sociale media.

Peter wordt benaderd door president Alexander, die hem verdenkt dat hij informatie over Nice naar buiten brengt. Peter ontkent dat; hij probeert neutraal te blijven. Tussen de president en Peter ontstaat een vertrouwensband.

President Alexander benoemt een running mate, Lida McKinsey, een donkere, knappe vrouw. Ook met haar krijgt Theo veel te maken. Nice wordt vrijgelaten. Zo kan hij in debat met president Alexander. Het volledige debat staat in de roman. Dit gedeelte is het hoogtepunt van het boek. De beschrijving van het debat is meesterlijk. Het gaat niet alleen om de woordenwisseling, maar ook aan de reacties, de mimiek, de gebaren en de spreekkoren van de aanhangers van beide kandidaten wordt aandacht besteed.

President Nice is een boek vol herkenning. De opvattingen van Nice komen voor een groot deel overeen met de plannen van het duo Trump/Musk. De aanhangers van Nice bestormen het presidentieel paleis. President Alexander, een beminnelijke en humane oudere man heeft een knappe, donkere vrouw als toekomstige vice president. Techniek tegenover menselijkheid. De Artificial Intelligence zal zich zo ontwikkelen dat het menselijk brein voorbijgestreefd wordt. Als de schrijver de bedoeling heeft gehad om een waarschuwing te geven over hoe de wereld er uit zal zien als de technocraten hun zin krijgen dan is hij daarin goed geslaagd.

Theo MonkhorstPresident Nice. ISBN 978-94-93368-13-2, 247 pagina’s, € 22,00. Haarlem: In de Knipscheer 2024.

Geplaatst in Alle Boeken, Fictie | Reacties uitgeschakeld voor President Nice

Wonder, wonderlijk

Oefeningen in geloof

Een persoonlijke verhaal van een ‘herintreder’.

Stephan Sanders schreef over de geschiedenis van zijn geloofsleven. Hij beschreef zijn katholieke jeugd en hoe hij langzaam van de kerk vervreemdde. Na zijn vijftigste is hij zichzelf weer christen en katholiek gaan noemen. Deze geloofswending verliep heel bewust. Toch kan hij niet precies aangeven wanneer het omslagpunt plaatsvond. Veel gaat ook over de katholieke kerk. Het grote verschil tussen de parochie met de pastorale praktijk en de kerkelijke leer van het Vaticaan. Ook de houding van de kerk tegenover homoseksualiteit komt uitvoerig aan de orde.

Auteur

Stephan Sanders (1961) is columnist voor Trouw en NRC, medewerker van de Groene Amsterdammer en auteur van verschillende boeken, waaronder het opzienbarende Godschaamte, een eigentijdse expeditie op zoek naar God (2021).

Dit boek is geen chronologisch verhaal of samenhangend betoog. Het is een selectie van 45 columns die van 2021 in Trouw verschenen en van 2018 tot 2023 in Nieuwe Koers. De columns zijn merendeel herschreven en aangevuld. De bundel eindigt met een elftal portretten, onder andere.van Titus Brandsma, Dietrich Bonhoeffer, Augustinus en Eva Vlaardingerbroek.

Sanders bekijkt het katholieke geloof van zijn jeugd zeker niet met een gefrustreerde blik. Hij herinnert zich alleen warmte, geborgenheid en mooie muziek. In de ogen van protestanten was het katholicisme een soort pretgeloof. Van Bijbellezen aan tafel was geen sprake. Er was wel de beleving, de sfeer, maar van geloofsinhoud was geen sprake. Alle theologische geschillen en verschillen lieten de meeste katholieken met een gerust hart over aan de pastoor of de bisschop. Samenvattend: een vederlicht jeugdgeloof zonder al te veel dwang.

Behalve dat Sanders het geloof heeft hervonden is voor hem de kerkgang weer belangrijk geworden. Hij vindt het belangrijk tot een gemeenschap te horen. Hij zegt daarover: ik ken intussen behoorlijk wat parochianen van mijn kerk, het zijn mensen tot wie ik mij verhoudt en het sterkt mij hen ‘s zondags in de banken te zien. Het feit dat ze er ‘s zondags zitten en knielen en te communie gaan, steekt mij een hart onder de riem. Soms mag hij de voorbede doen tijdens de mis. Hij krijgt dan wel eens kritiek: te politiek of te privé, maar er zijn ook complimenten. Dan is er ook de voorganger. Niet alle voorgangers spreken hem aan. Toen hij zich bewust werd van het feit dat hij als een recensent in de kerk zat realiseerde hij zich dat dit niet de bedoeling was. Je gaat niet naar de kerk als naar een film of een theater.

Bestaat er een persoonlijke God? In het gebed richt je je op Iemand en niet op Iets. Wat moeten gelovige Joden met een Klaagmuur als hun klacht ongericht de wereld of de kosmos in gaat en niet gericht is op de Aangeroepene. Over standaardgebeden zegt Sanders dat hij daar in zijn eentje moeite mee heeft. Dat lijkt hoogmoedig, want waarom zouden eigen woorden beter zijn dan gebeden die al eeuwenlang zijn gebruikt. In een volle kerk kan hij mee bidden, maar in zijn eentje vindt hij het onfatsoenlijk jegens God. Hij spreekt God aan met U of Gij. In geschreven teksten gebruikt hij uit respect de hoofdletter. Is God afstandelijker dan god? Wel eerbiediger, minder familiair, want we hebben Hem niet in onze broekzak.

Hoe staat de katholieke kerk tegenover homoseksualiteit? Officieel is de kerk afwijzend. Het is alleen toegestaan als er geen sprake is van een seksuele relatie. Toen Sanders zich in 2016 als parochiaan bij zijn Amsterdamse kerk meldde heeft hij zijn geaardheid aangegeven. Het beleid is: zwijgen is dulden. Het devies van bisschop De Korte is: Wat ik niet weet, weet ik niet. Toch heeft paus Franciscus toestemming gegeven tot de zegening van homoseksuele stellen. Tegelijkertijd werd bekend dat de paus over homoseksuelen binnen het Vaticaan en zijn opleidingen had gezegd dat het ging om frociaginne (likkerbende).

Bij zijn herintreden in de kerk koos Sanders achteraf gezien te snel voor de katholieke kerk. Vrijzinnige kerken en ook wel PKN-kerken accepteren homoseksuelen wel en hangen de regenboogvlag uit rond de pride. In zijn hoofdstuk over Maria toont hij zich een echte katholiek. Maria als Moeder Gods kent een enorm belangrijke positie in de Rooms-Katholieke Kerk, zij is na Christus de eerste die met ‘lichaam en ziel’ wordt opgenomen in de hemel, zonder deliberatie. Het feest van Maria-Tenhemelopneming is een van Sanders lievelingsfeesten geworden. Het vreemde is dat de Katholieke Kerk Maria ophemelt, maar de vrouw weghoudt van het altaar.

Wat bedoelt Stephen Sanders met ‘oefenen in geloof’? Hij denkt dan eerst aan de kerkgang als gewoonte. In de kerkdienst wordt de liturgie voltrokken, die is van een droomloze herhaling: staan, kruisje slaan, de vaste gebeden, de aanroepen, drie maal op je borst kloppen bij de schuldbekentenis, voorover buigen (doxologie), knielen, de afsluitingen et cetera. Deze rituele elementen hebben een bezwerende werking. In de diverse columns zijn oefeningen in het geloof terug te vinden.

Dit boek bevat geen diepgaande theologie. Het is wel bijzonder hoe Sanders heel eerlijk en open over zijn persoonlijke geloof schrijft. Het is ook moedgevend om mee te maken hoe iemand weer tot geloof komt.

Stephan Sanders – Wonder, wonderlijk. Oefeningen in geloof. ISBN 978-90-435-4174-9, 223 pagina’s, € 21,99. Amsterdam: KokBoekencentrum 2024.

Geplaatst in Alle Boeken, Columns, Religie, Rooms-Katholieke kerk | Reacties uitgeschakeld voor Wonder, wonderlijk

GENOEG IS GENOEG

Ooit was ik een enthousiast twitteraar. Ik vond destijds Twitter een leuk medium en legde er leuke contacten mee. Totdat er steeds meer met stront werd gegooid, soms bakken. Ik tweette steeds minder en inmiddels ben ik ermee gestopt. Wel bleef ik de LeesKost-account gebruiken om mijn boekensite te promoten.

Onderwijl ging het patserige en onsympathieke gedrag van de huidige Twitterbaas Elon Musk me steeds meer tegenstaan. Nu er met Bluesky een redelijk alternatief is heb ik besloten met LeesKost daarnaar te migreren. Sinds kort vindt u op X geen nieuwe LeesKost-posts, maar staan deze op Bluesky. Voorlopig houd ik de account nog wel in de lucht.

En Facebook dan, zult u zich misschien afvragen. Bij Mark Zuckerberg heb ik ook mijn vraagtekens, maar ik blijf pragmatisch. Voor Facebook is vooralsnog geen goed alternatief. Ik blijf het goede oude Hyves missen.

Iedereen is hartelijk welkom om LeesKost op Bluesky te volgen: https://bsky.app/profile/leeskost.bsky.social

Adrianus Koster, hoofdredacteur

Geplaatst in Geen categorie | Reacties uitgeschakeld voor GENOEG IS GENOEG