Europeanen

Overal hetzelfde decor

Aan het einde van de Negentiende Eeuw was er in heel Europa sprake van een culturele eenheid. In enkele decennia was de Europese artistieke lappendeken veranderd in een superieure canon der kunsten.

De adembenemende aanleg van een spoorwegnet waardoor alle uithoeken van het Europese continent binnen enkele dagen bereikbaar waren is ongetwijfeld de belangrijkste oorzaak van de culturele eenwording zoals die globaal van 1850 tot 1870 plaatsvond. Zo werden in het laatste kwart van de Negentiende Eeuw in heel Europa steeds vaker dezelfde opera’s opgevoerd.

Zonder spoorwegen was zulks onmogelijk geweest. Zangers, zangeressen, orkesten, decors, maar ook componisten en tekstschrijvers verplaatsten zich in gerieflijke spoorwegwagons  naar Parijs, Londen, Milaan, Napels, Madrid, Dresden, Wenen en Sint-Petersburg. Op een enkele uitzondering na vormen de opera’s die in de laatste decennia van de Negentiende Eeuw waren te zien nog steeds de kern van het huidige repertoire. Don Giovanni, De barbier van Sevilla, Robert le Diable, Lucia di Lammermoor, Norma, Rigoletto, Traviata, Faust om er een paar te noemen.

Met dezelfde treinen reisden de uitvinding van de fotografie, de goedkope reproductie van kunstwerken, nieuwe druktechnieken die voor goedkope lectuur zorgden, letterlijk treinlectuur. Immers in een hobbelende koets was het slecht lezen. In een treinwagon ging dat beter.

Het aanbod van boeken steeg enorm, vooral van vertaalde literatuur. Dit laatste was niet altijd een ontwikkeling ten goede. In Nederland was het voor uitgevers bijvoorbeeld veel aantrekkelijker om goedkope vertaalde literatuur uit te geven, dan Nederlands werk. Een enorme vooruitgang was echter de internationale regeling van auteursrechten.

Buitengewoon populair werden de reisgidsen, want vooral bemiddelde Engelsen waren de eerste echte toeristen die voornamelijk naar Italië trokken. Eerst via Frankrijk, later ook via de Rijn en Zwitserland. Het woord toerist komt voor het eerst voor in 1810, maar is vanaf 1840 een gewoon begrip.

Dit alles verloopt natuurlijk niet zonder strubbelingen. Met name Franse en Duitse componisten zaten elkaar flink in de haren over de vraag wat ‘goede’ muziek was. We zouden nu zeggen wat ‘klassieke’ muziek is. En ook het concertpubliek moest worden opgevoed. Het duurde soms even voordat het normaal werd dat men tijdens een concert niet kletste, rondliep, een ober aanriep of anderszins een uitvoering verstoorde. Zo riep Liszt ooit de babbelzieke Tsaar Nicolaas tot de orde door ostentatief te stoppen met spelen en sarcastisch op te merken: ‘Wanneer Nicolas spreekt, kan de muziek beter stil zijn.’

Musea, kuuroorden en wereldtentoonstellingen kwamen als paddenstoelen uit de grond. Thomas Cook bedacht in 1868 korte all inclusive reizen. De middenklasse kon zich immers geen maandenlange vakanties veroorloven. Dagjesmensen kwamen met de trein op plaatsen die een halve eeuw eerder onbereikbaar zouden zijn geweest.

Auteur

De Britse historicus Orlando Figes (1959) die door zijn standaard werk Natasja’s Dans over de Russische cultuur al bewondering afdwong, schreef het boek Europeanen waarin hij laat zien dat belangrijke technologische en economische ontwikkelingen de verborgen krachten achter de vorming van een gedeelde Europese cultuur zijn geweest.

In dit werk beschrijft hij aan de hand van de levensloop van de grote schrijver Ivan Toergenjev, de bejubelde zangeres Pauline Viardot en haar echtgenoot Louis Viardot, de invloedrijke kunstcriticus, hoe de culturele Europese eenheid tot stand kwam.

Niet alleen opera en concertmuziek, maar ook de internationale literatuur en de beeldende kunst (uitvinding van de verftube waardoor men buiten het atelier kon schilderen) passeren hier uitvoerig de revue, waardoor deze uitgave beschouwd kan worden als een generaal handboek over de Negentiende-eeuwse kunst en cultuur.

Orlando FigesEuropeanen. Het ontstaan van een gemeenschappelijke cultuur. Vertaald uit het Engels (The European. Three Lives and the making of a Cosmopolitan Culture) door Toon Dohmen. ISBN 978-90-468-2504-4, 623 pagina’s, € 42,99. Amsterdam: Nieuw Amsterdam 2019.

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Cultuur. Bookmark de permalink.