Amstelglorie. De volkstuin van Jan Wolkers

Jan en Karina Wolkers tuinieren, eten en vrijen

Van 1972 tot 1981 bezaten Jan Wolkers en zijn vrouw Karina een volkstuin bij de volkstuinvereniging Amstelglorie. Al die jaren hield hij een Volkstuindagboek bij waarin hij nauwkeurig al zijn activiteiten in die tuin vermeldde.

 In het persoonlijk archief van Wolkers staan vele dagboekaantekeningen over de belevenissen van Jan en Karina in Manderley, hun paradijselijke volkstuin.

 

 

‘Oogster’

Onno Blom (1969) studeerde Nederlandse taal en letterkunde, Hij werkte als redacteur bij enkele uitgerijen en als recensent bij een paar bladen. Zijn omgang met Jan Wolkers en diens vrouw en vooral het bestuderen van het materiaal uit het persoonlijk archief van Wolkers resulteerde in enkele boeken, zoals Zo is het genoeg en de biografie Het litteken van de dood. Verder schreef hij het verslag Memoires van een biograaf en nu ‘oogstte hij deze bundel met dagboekfragmenten, die hij van twee inleidende hoofdstukken voorzag.

Enthousiast tuinier

Vanaf het begin word je door Wolkers meegenomen in zijn enthousiasme voor het tuinieren. Voortdurend is hij onderweg om nieuwe planten aan te voeren. De kweker Rietbergen wordt om de haverklap genoemd, evenals Tubergen in Haarlem. Ook de boomkwekers in Boskoop zijn leveranciers van vele soorten bomen en struiken. Die worden met name genoemd: bamboe, agave, coniferen, toverhazelaar, draaihazelaar, goudenregen, Oost-Indische kers, Japanse hop, vijg, ginkgo en nog vele andere soorten. Tussen de keurig aangeharkte burgertuintjes weet Jan op dit luttele stukje grond vele bomen te laten opgroeien. Er groeiden niet alleen bomen, maar hij plantte ook tientallen wilde planten. En dan was er ook nog de groentetuin, waarvan Karina en Jan veelvuldig gebruik maakten. Ze waren ook niet te beroerd om mee te doen met de gemeenschappelijke werkzaamheden in het volkstuincomplex: paden onderhouden, onkruid wieden, snoeien.

Vogels

Opvallend is ook de belangstelling en de liefde voor de dieren op de tuin. Vooral de vogels hebben Jans aandacht: lijsters, grasmussen, schildvinkjes, roodborstjes, staartmezen, koolmezen, pimpelmezen, spreeuwen, merels, eksters, Vlaamse gaaien en koperwieken. Hij voert ze en sommige trouwe bezoekers krijgen van hem een naam. Een bijzondere band krijgt hij met een jonge kraai. Ze noemen hem Kras. Als hij ziek is maken ze zich zorgen. Hij heeft niet veel trek, ook als ik met stukjes hart bij hem kom. Gaat in een van de paden tussen de bedden een beetje kleumerig op de grond zitten. Je hoor zijn ademhaling een beetje schrapen. Op een dag horen ze zijn geluid niet meer: Kras is weg. Jan vindt hem dood in de sloot en is zeer geschokt, de tranen staan hem in de ogen. Hij vist hem uit de sloot en begraaft hem.

Eten

Behalve de bezigheden in de tuin wordt er heel vaak gesproken over eten. Aan de ene kant gaat het over eenvoudige maaltijden waarbij Jan met veel waardering spreekt over de groenten uit zijn tuin. Vier foto’s laten de schoonheid zien van deze producten: pruimen, tuinbonen en vooral de wortels en radijzen. Alles is prachtig gefotografeerd aan de voeten van Karina (Er staan ook foto’s in van het stel zonder kleren). Daarnaast hebben ze grote belangstelling voor delicatessen die ze aanschaffen in de Beethovenstraat: grote garnalen, heilbot, kreeftensoep, verse zalm, gefileerde tong, asperges, Russische kaviaar, blikjes krab, blikjes kreeft en dure wijnen. Jan bereidt op de tuin de heerlijkste maaltijden. Zijn zoons komen vaak eten, maar ook vele vrienden.

‘Karina’s pruim’

Natuurlijk gaat het ook over de seks. Voor Wolkers iets heel gewoons en zo schrijft hij er ook over. Zo maar midden in een stukje dat ook gaat over eten of tuinarbeid doet hij verslag van een vrijpartijtje. Het pluisgezweef van de populieren begon al dagen geleden, maar nog steeds ligt er onder de bomen een wit vachtje als een luchtige wollige sneeuw. In het huisje naaien we eerst heel lekker. Dan bak ik kuikenschnitzels. Nog een voorbeeld. Op de tuin maak ik een meer dan verrukkelijke kip met twee hele knollen knoflook, veertig teentjes. Scheer na het eten Karina haar kutje kaal. Zeep haar pruim eerst in. Lekker gevoel volgens Karina.

Verhuizen

Toen Karina zwanger werd wilden ze weg uit de stad en gaan verhuizen naar Tessel. Wat zou er worden van de tuin? Op de plaats waar ik met moeite eenbes en kranssalomonszegel had opgekweekt, zou weer een gazon gelegd worden vol kleurige tuinmeubelen. De stank van verschroeide speklappen zou de fragiele geur van mijn egelantieren gaan vervangen.

Deze dagboekfragmenten vormen een zeer waardevolle aanvulling op de biografie..

Onno Blom – Amstelglorie. De volkstuin van Jan Wolkers. ISBN 978-94-031-1780-5, 432 pagina’s, € 29,99. Amsterdam: De Bezige Bij 2018.

Dit bericht is geplaatst in Alle Boeken, Dagboek, Natuur. Bookmark de permalink.